Simbahuis (Van Alkemadelaan) houdt gezinnen bijeen

Uit huis geplaatste kinderen moeten een grotere kans krijgen om terug te keren bij hun ouders. De eerste Haagse vestiging van het Simbahuis moet daarvoor zorgen.

Door

Wie SOS Kinderdorpen hoort, denkt waarschijnlijk aan ontwikkelingshulp in een ver buitenland. Gek is dat niet, want de organisatie was tot voor kort niet actief in Nederland. Daar is met de opening van zogenaamde Simbahuizen verandering in gekomen. Het tiende gezinshuis van Nederland opende twee maanden geleden aan de Van Alkemadelaan.

“Van de Nederlandse kinderen die uit huis geplaatst worden, keert slechts vijftien procent bij de ouders terug,” vertelt Georgien Hakkert, projectleider bij SOS Kinderdorpen, tijdens een informatiebijeenkomst op het Haagse stadhuis. “En die vijftien procent is waarschijnlijk nog een veel te optimistische inschatting.” Samen met Jeugdformaat zette de hulporganisatie het Simbahuis op poten. Doel: het zorgaanbod beter afstemmen op de behoefte van jonge kinderen.

Simbahuis in België

België had tien jaar geleden de primeur met de opvanglocatie, vernoemd naar het dappere leeuwtje Simba uit de Disneysaga ‘The Lion King’. In dat pilotproject gaven twee vaste ouderfiguren, de Simba-ouders, tijdelijk aan een warm thuis aan maximaal vier kinderen van 0 tot 3 jaar. Eén van die Simba-ouders werkte voor SOS Kinderdorpen. Samen met een pedagogisch team werkten de Simba-ouders samen met de echte ouders aan een positieve verandering binnen het gezin.

De Vlaamse proef was een succes: maar liefst 60 procent van de uit huis geplaatste kinderen keerden bij hun ouders terug.

 

Werken aan een terugkeer in het eigen gezin is het doel. Als dat niet lukt, dan het liefst bij een ander familielid.
Bas Timman (bestuurder Jeugdformaat)

 

Bas Timman, bestuurder van Jeugdformaat, is onder de indruk van de cijfers. “Dat willen we in Nederland natuurlijk ook.” Overigens moet er wel een reële kans zijn op hereniging om in aanmerking te komen voor een plek in een Simbahuis. Is die er niet, omdat een vader of moeder er bijvoorbeeld zelf niet in gelooft of omdat de ouders de gehele voogdij is ontnomen, dan wordt er naar alternatieven gezocht. Daar spelen de traditionele pleeggezinnen een rol.

Succesvoller

Hoe kan het dat het Simbahuis zoveel succesvoller is in terugplaatsingen dan de traditionele gezinsopvang? Timman: Ons belangrijkste doel is het bij elkaar houden van familieleden. Dat was bij de reguliere jeugdopvang in Den Haag ook ooit het streven, maar de praktijk is weerbarstig. “Normaal gesproken worden broertjes en zusjes maar in vijftig procent van de gevallen bij elkaar in huis geplaatst,” vertelt Hakkert.

“Soms omdat er geen plek is om ze samen op te vangen, soms omdat een van de kinderen een ouderrol op zich neemt. Dat kan de ontwikkeling in de weg staan. Maar bij de Simbahuizen willen we juist wel dat ze bij elkaar zitten. Het moet zoveel mogelijk op de thuissituatie lijken.”

Het betreft wel een kort verblijf, aldus wethouder Kavita Parbhudayal (VVD, zorg en jeugd). “Maximaal anderhalf à twee jaar, en het liefst broers en/of zusjes bij elkaar. Als er zo min mogelijk verandert, is de stap naar huis kleiner.”

Voorbehoud

Mocht het Simbahuis in Den Haag net zo succesvol worden als in België, dan volgt spoedig uitbereiding. Nu zitten er vier kinderen in de locatie aan de Van Alkemadelaan, maar Jeugdformaat wil meer gezinshuizen vormgeven volgens het Simba-concept. Timman: “Werken aan een terugkeer in het eigen gezin is het doel. Als dat niet lukt, dan het liefst bij een ander familielid.”

Wilt u meer Haags nieuws lezen? Klik hier voor alle verkooppunten. U kunt ook een (proef)abonnement nemen. U ontvangt DHC 10 weken voor slechts 10 euro.

Standaardportret
Bekijk meer van