Haagse gemeenteraad duidelijk: tram en bus mogen niet duurder worden
De aanleg van nieuwe sneltramlijnen en andere dure projecten mogen niet leiden tot duurdere kaartjes voor het openbaar vervoer (ov). Dat heeft de gemeenteraad vastgelegd.
In het debat over het project ‘Schaalsprong OV’ nam de raad met grote meerderheid een wijzigingsvoorstel aan van de Haagse Stadspartij en GroenLinks. Daarin staat dat de enorme investeringen, zo’n drie miljard euro tot 2040, ook meer reizigers opleveren en dus meer inkomsten. Ze hoeven daarom ‘niet te leiden tot hogere tarieven’.
De vrees voor een langzaam onbetaalbaar wordend openbaar vervoer wordt ook gevoed door het beleid van de opdrachtgever Metropoolregio (MRDH), die de prijs van een kaartje volgend jaar met ruim twee procent verhoogt. “Een zorgelijke ontwikkeling,” zegt Arnold van der Heijden, voorzitter van de Haagse tak van reizigersvereniging Rover. “We kunnen en mogen de rekening niet bij de reiziger neerleggen. Het ov moet ook toegankelijk zijn voor mensen met een minimuminkomen. Kijk, we moeten ook het doel niet uit het oog verliezen. Het is de bedoeling dat mensen de auto laten staan en meer van bus, tram en metro gebruikmaken. Maar door ieder jaar de prijzen te verhogen, schiet je dit doel juist voorbij.”
Flexibele tarieven
Toch gaf de MRDH afgelopen zomer aan dat de drie miljard niet alleen door de rijksoverheid kan worden opgehoest. Er wordt gekeken of ‘reizigers ook iets kunnen meebetalen’. De opdrachtgever van het ov wil daarom gaan experimenteren met flexibele ov-tarieven. Een lager tarief in de rustige daluren, hogere prijzen in de drukke spits.
Het is de bedoeling dat mensen de auto laten staan en meer van bus, tram en metro gebruikmaken.
Een test waar Van der Heijden niet per definitie negatief tegenover staat. “Maar je moet hier wel heel zorgvuldig mee zijn. De prijzen in Den Haag zijn al aan de hoge kant. Ik vind er een verkeerd signaal van uitgaan als je deze in de ochtend- en avondspits nog eens gaat verhogen.”
Remise
Het bredere doel van de ov-investeringen is dat een verdere groei van het autoverkeer wordt voorkomen. Een ingreep op de kortere termijn is dat ook op de lijnen 1, 6, 12 en 16 brede trams rijden, waar meer reizigers mee kunnen worden vervoerd.
Dat zou in 2024 geregeld moeten zijn, maar een gebrek aan remiseplekken speelt de HTM hier parten. De bouw van een nieuwe remise in Rijswijk is door die gemeente geblokkeerd. Wethouder Robert van Asten (D66, mobiliteit) gaf in het raadsdebat van vorige week aan dat het ‘alle hens aan dek’ is om met de HTM hiervoor een oplossing te vinden. Het gevolg zou kunnen zijn dat de oude remise Lijsterbesstraat, die de HTM mogelijk in 2024 had willen afstoten, langer open moet blijven.
Ook wordt onderzocht hoe de snelheid van de trams kan worden verhoogd naar gemiddeld 25 kilometer per uur; nu is dat 19 kilometer.
Ov naar de Binckhorst
Op de langere termijn wil Van Asten nieuwe sneltram- of metrolijnen aanleggen tussen Leidschenveen en het ADO-stadion via de Binckhorst en het Centraal Station (CS) naar Scheveningen en van de binnenstad naar Leyenburg. Voor de laatste verbinding zou de huidige tramtunnel moeten worden verlengd, mogelijk tot voorbij de zevensprong. De raad gaf aan de ‘Leyenburg-corridor’ belangrijker te vinden dan de route naar Scheveningen.
Er mogen geen lijnen mogen opgeheven zonder dat er heel concreet vervoersalternatieven worden geboden.
In het raadsdebat kwam ook de kwestie van het inkorten of opheffen van lijnen aan de orde. Frans Hoijnck van Papendrecht van 50Plus stelde daarom in een motie voor dat geen lijnen mogen worden opgeheven zonder dat er ‘heel concreet vervoersalternatieven worden geboden’. Dat is eind vorig jaar onder meer gebeurd met buslijn 18 naar Clingendael. Maar Hoijncks voorstel werd door wethouder Van Asten ‘ontraden’ en kreeg vervolgens geen meerderheid.
Dit artikel wordt u gratis aangeboden. Wilt u meer weten over de krant Den Haag Centraal? Klik hier voor een (proef)abonnement en meldt u zich hier aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief.