Rechter buigt zich over tekort woonwagens in Den Haag
De gemeente Den Haag moet de wachttijd op een woonwagen terugdringen door snel meer standplaatsen te realiseren. Dit eist de Haagse woonwagengemeenschap bij de rechter.
Volgens de Stichting Sinti, Roma en Reizigers, die opkomt voor de belangen van woonwagenbewoners, verzaakt de gemeente haar taak om voldoende standplaatsen voor woonwagens te creëren. Hoewel het stadhuis beterschap belooft, ziet de gemeenschap daar te weinig van terug. Anderhalf jaar geleden stapte de stichting naar de rechter om meer plekken af te dwingen.
De rechtbank boog zich woensdag inhoudelijk over de zaak. De stichting eist dat de wachttijd op een woonwagen binnen een jaar wordt teruggebracht tot de wachttijd die geldt voor een sociale huurwoning. Daarvoor zijn snel veel nieuwe standplaatsen nodig. “Ik heb er geen enkel vertrouwen meer in dat de gemeente dit uit zichzelf gaat doen,” stelde voorzitter Ciska Semler bij aanvang van de zitting in een verklaring.
Discriminatie
De zaak heeft een lange voorgeschiedenis. Begin deze eeuw ontruimde de gemeente meerdere kampen. 110 standplaatsen in Den Haag werden opgedoekt, een derde van het totaal. Dit ‘uitsterfbeleid’ is inmiddels afgezworen, maar nieuwe plekken blijven uit. De wachttijd voor een woonwagenstandplaats in Den Haag is zó lang dat het College voor de Rechten van de Mens spreekt van ‘direct onderscheid op grond van ras’. Discriminatie dus.
De gemeente doet alsof ze al vele jaren bezig is, maar dat zijn allemaal holle frasen
“De instelling van twintig jaar geleden is er vandaag niet meer op het stadhuis,” bezwoer gemeentejurist Nils de Neef in de rechtszaal. Sinds strenge oordelen van de Europese rechter en de Nationale Ombudsman vaart de Nederlandse overheid een andere koers. Gemeenten moeten voortaan tegemoetkomen aan de woonwensen van de woonwagengemeenschap. “Ondanks alle planologische moeilijkheden doet de gemeente haar best,” zei De Neef.
Maar goede bedoelingen zijn niet genoeg, stelde Tom Hendriks, een van de advocaten namens de stichting. Alle beloften ten spijt zijn er geen nieuwe standplaatsen bij gekomen in Den Haag. “Geen één. Terwijl andere woningbouw wél is gerealiseerd. Dat heet discriminatie en is onrechtmatig. De gemeente doet voorkomen dat ze al vele jaren bezig is, maar dat zijn allemaal holle frasen. Er ligt nog geen enkel concreet plan.” Volgens hem heeft het uitsterfbeleid plaatsgemaakt voor ‘uitstelbeleid’.
Meer woonwagens
De gemeente weerspreekt dit. “Het stadhuis spant zich in om het aantal standplaatsen uit te breiden en neemt de wensen van de woonwagengemeenschap daarin mee,” aldus advocaat Bart Roozendaal. Zijn belangrijkste troef is een conceptnota over het Haagse woonwagenbeleid, die wethouder Martijn Balster (PvdA, wonen) een halfjaar geleden presenteerde. Daarin stelt de gemeente zich tot doel zo’n tachtig nieuwe woonwagenplekken te creëren in de komende tien jaar.
Volgens de stichting is het gemeenteplan een wassen neus. “De behoefte is veel te laag ingeschat,” aldus advocaat Ronnie Bloemberg. “De stichting heeft zelf 176 verklaringen verzameld van mensen die een standplaats zoeken. Het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk nog veel hoger.” De nota biedt volgens hem geen garantie dat de situatie voor wachtende mensen op korte termijn verbetert. “Het is slechts een ambitie. Over het hoe en waar zegt de nota niets. Dat wekt niet de indruk dat het de gemeente menens is.”
Dit is weer een poging de bewoners te assimileren
De gemeente vindt dat ze ‘binnen haar mogelijkheden’ voortvarend te werk gaat. Haar advocaten schermen met de komst van een nieuw woonwagenkampje in Leidschenveen. Dat is echter bestemd voor tien bestaande woonwagens die nu aan de Energiestraat staan en die omwille van een onveilige situatie worden verplaatst. Hoogstwaarschijnlijk komen er wel tien à twaalf nieuwe standplaatsen naast.
Het Leidschenveense kamp is vooralsnog het enige wapenfeit. Andere potentiële locaties zitten ‘in de onderhandelingsfase’. De gemeente kan er niets over zeggen, behalve dat ze samen goed zouden zijn voor dertig woonwagenplekken. “De vraag is in hoeverre wij daar rekening mee kunnen houden in ons vonnis,” waarschuwde de rechter.
‘Woonwagenflat’
Naast nieuwe locaties denkt de gemeente aan uitbreiding van bestaande kampen, bijvoorbeeld door woonwagens op elkaar te ‘stapelen’. “In Heemskerk en Beverwijk is dit een succes,” aldus advocaat Rosanne Bassie. Maar dit idee valt niet in goede aarde bij de woonwagengemeenschap. “Een ‘woonwagenflat’ past niet in de cultuur,” stelt advocaat Bloemberg. “Dit is weer een poging de bewoners te assimileren.”
De stichting voert een collectieve actie tegen de gemeente. Dat maakt de zaak uniek en heeft mogelijk grote gevolgen, ook voor mensen die formeel niet in deze procedure vertegenwoordigd zijn. “Het belang om niet gediscrimineerd te worden gaat ook de rest van de woonwagengemeenschap aan,” benadrukt advocaat Hendriks.
De rechtbank doet op woensdag 29 mei uitspraak.
De redactie biedt u dit verhaal gratis aan. Meer Haagse verhalen? Neem een (proef)abonnement op weekkrant Den Haag Centraal. Elke donderdag in de bus. De krant is ook verkrijgbaar bij onze verkooppunten.