Ambassade Israël zet streep door verhuizing naar Plein 1813
De Israëlische ambassade verkast niet van het Buitenhof naar Plein 1813. Dit heeft wethouder Boudewijn Revis (VVD) bekendgemaakt in een brief aan de gemeenteraad. De voorgenomen verhuizing loopt stuk op een peperdure verbouwing.
“De kosten om aan de eisen van de vergunning te voldoen waren te hoog voor de ambassade,” zegt de wethouder op het stadhuis. Het afstel hing in de lucht. Drie weken geleden verklaarde de Israëlische ambassadeur Aviv Shir-On in een interview met AD Haagsche Courant dat Israël bijna 20 miljoen euro zou moeten uittrekken voor de verbouwing, een veelvoud van de aankoopsom van 4 miljoen euro. De ambassadeur wil zijn besluit niet toelichten.
Twee jaar geleden kocht de staat Israël de monumentale maar vervallen villa op nummer 4 en 5 aan Plein 1813 van het Rijksvastgoedbedrijf, zonder medeweten van de gemeente. Uit de vergunningsaanvraag bleek deze zomer dat de villa ingrijpend moest worden verbouwd om aan de (deels geheime) veiligheidseisen te voldoen. Zo dienden alle muren te worden verstevigd met beton om een zekere springkracht te kunnen weerstaan. “En als gemeente hebben we hoge eisen gesteld voor het behoud van het groen en het monumentale karakter van de villa,” aldus Revis.
Negatief advies
Zowel de buurt als een deel van de gemeenteraad was niet gerust op de bouwplannen van de Israëlische ambassade. De veiligheidsmaatregelen en bijbehorende architectonische ingrepen (zoals de bouw van een modern portiersloge) zouden ten koste kunnen gaan van het historische aanzicht van Plein 1813 en de villa zelf, vreesden zij. Ook de gemeentelijke welstands- en monumentencommissie en het ministerie van OCW gaven negatief advies. Het college van B en W bracht hiertegen in dat diplomatieke wetgeving de gemeente nu eenmaal verplicht om mee te werken aan huisvestingswensen van de staat Israël. Op verzoek van de raad onderzoeken juristen van Pels Rijcken of die veronderstelling wel klopt.
Pas als de vergunningsaanvraag van tafel is, zijn we er helemaal berust op
Dat onderzoek hoeft men dus niet af te wachten. Vorige week vrijdag heeft de ambassadeur de gemeente eenzijdig meegedeeld dat de verhuizing naar Plein 1813 van tafel is. Uit de beknopte brief aan de raad spreekt frustratie over het eigengereide optreden van Israël, maar de wethouder zelf geeft eerder blijk van berusting. “De feiten zijn de feiten,” zegt hij meermaals. “Wij willen Israël laten zien dat het welkom is in onze stad. Daarom hebben we opnieuw de hand uitgestoken om samen te werken bij het zoeken naar huisvesting.” Israël doet er goed aan die hand aan te nemen, denkt Revis. “Als ambassadestad van Nederland hebben we veel ervaring met dergelijke huisvesting.”
De Israëliërs beraden zich op alternatieve locaties. De tijd dringt: eigenlijk moet de ambassade augustus volgend jaar vertrekken uit haar huidige onderkomen op het Buitenhof, wanneer het huurcontract afloopt. Mogelijk kan de ambassade daar alsnog blijven, zei de ambassadeur tegen AD Haagsche Courant. De eigenaar van het pand heeft hem een voorstel gedaan.
Opgelucht
“We zijn opgelucht,” reageert Joeri Oudshoorn, oud-raadslid van de HSP en spreekbuis van bezorgde omwonenden. “Het zou een lange juridische strijd zijn geworden.” Toch is met de summiere mededeling van de wethouder dit boek nog niet volledig gesloten, benadrukt Oudshoorn. “In de brief staat niet dat Israël de vergunningsaanvraag heeft ingetrokken. In principe kan de omgevingsvergunning mét de villa worden doorverkocht. Pas als de aanvraag van tafel is, zijn we er helemaal berust op.”
Ik neem aan dat Israël het gebouw gaat verkopen
Het is de vraag welke toekomst de vervallen stadsvilla beschoren is. Het monumentale pand staat al jaren leeg en heeft dringend behoefte aan een opknapbeurt. “Ik neem aan dat Israël het gebouw gaat verkopen,” zegt wethouder Revis. “Door alle publiciteit zal het niemand zijn ontgaan dat we hoge eisen stellen aan de villa. Laten we hopen dat iemand er iets moois van gaat maken.” Het is afwachten wie zich aandient, zegt Oudshoorn. “Maar we kunnen ons niet voorstellen dat er iets in de villa komt dat zo ingrijpend is voor de buurt als de ambassade van Israël.”
