Klimaatopera ‘Vrouw Houtebeen’: sentimentele piraten en een stoere kapitein
‘Vrouw Houtebeen’ is de eerste hoopvolle klimaatopera ter wereld. Vrijdag was de première in het Zuiderstrandtheater.
Herinnert u zich deze nog? ‘Al die willen te kaap’ren varen / Moeten mannen met baarden zijn / Jan, Pier, Tjores en Corneel / Die hebben baarden, die hebben baarden, zij varen mee.’ Het lied gaat over een groep zeevaarders. Met ‘baarden’ wordt bedoeld dat het mannen moeten zijn die niet voor een kleintje vervaard zijn.
De Corneel van dit lied uit begin negentiende eeuw is Cornelis Corneliszoon Jol, geboren in het jaar 1597 in Scheveningen. Beroep: kaper. Feitelijk: admiraal van de West-Indische Compagnie tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Bij overvallen maakte hij goud en zilver buit op Spaanse en Portugese schepen. Vergeten zeeheld. Voor Jol geen praalgraf in Delft, zoals voor Piet Hein. ‘Houtebeen’, werd hij genoemd nadat hij in een gevecht gewond was geraakt en een van zijn benen moest worden afgezet. Tot zover dit geschiedenisklasje.
‘Vrouw Houtebeen’
“Met ‘Vrouw Houtebeen’ laten we nu eens niet de vrouw áchter maar de vrouw vóór de man zien,” zegt regisseur Vincent van den Elshout over de hoofdrol van Ael Jansz.. Zij is Houtebeens echtgenote, een rol die Loes Luca op zich neemt. Naast Luca spelen de talentvolle jongelingen Kim van Zeben en Dook van Dijck, en zien we Koos Sekrève als Cornelis Jol. Zij allen worden bijgestaan door Theaterkoor Dario Fo en een projectkoor met meer dan 125 Scheveningse zangers en kinderen.
Met ‘Vrouw Houtebeen’ laten we nu eens niet de vrouw áchter maar de vrouw vóór de man zien.
Luca doet op ingeleefde toon de verhaallijn en de lotgevallen van Ael uit de doeken. “Eerst varen vanaf Scheveningen onze mannen uit. Ik blijf achter. Maar ik heb er schoon genoeg van om een kapersvrouw te zijn. Ik wil eindelijk huisje-boompje-beestje; met hem hier op een bankje zitten en vanuit een duinpan naar de zee staren,” vertelt de met comédiennebloed geboren Rotterdamse chansonnière en actrice.
“Daarbij: hij is te oud geworden voor het vak. Daarom pik ik net voor hij het ruime sop kiest, zijn houten been. Want met één been houdt hij het op zee vast niet lang uit. Bovendien is het gezellig voor mij, zo’n been in huis te hebben. Als een papegaai een noodlotstijding komt overbrengen, ga ik de zee op, ook al heb ik nog nooit gevaren. Maar ik weet niet dat er verstekelingen in het ruim verborgen zitten. Zij willen de zee redden van de plastic soep. Als Ael kan mij dat niet schelen; ik ben bezig mijn man en de anderen te redden. Uiteraard komen we onderweg allerlei obstakels tegen, maar uiteindelijk vinden we elkaar onder water in een fata morgana. Als we dan later weer thuis zijn, kijken we met weemoed op het vervlogen verleden terug.”
Het is een ludieke productie met serieuze ondertoon: aan de hand van dertig ‘ankerpunten’ komen in evenzovele scènes naast klimaatspijbelaars onder meer een ijsberenduet, een walvis met een gordijn, sirenen en garnalenpellers op de proppen.
Vliegschaamte en vleesvrees
In persoon is Loes Luca geen uitgesproken klimaatactivist. “Ik ben wel heel netjes in het scheiden van afval. En ik rijd een hybride auto. Maar ik vlieg wel. En ik eet vlees. Kijk, ik word dit jaar 66 en ben opgevoed met ‘vlees moet’ en ‘melk moet’. Dat krijg je er bij mij dus nooit meer uit, denk ik. Maar als ik naar mijn dochter kijk, dan zou ik, als ik nu haar leeftijd had, misschien net als zij veganistisch zijn. Want de wereld gaat toch wel sneller naar de kloten dan we in de gaten hebben gehad.”
De wereld gaat toch wel sneller naar de kloten dan we in de gaten hebben gehad.
“Ik eet al wel minder vlees, maar een boterham met kalfsleverworst is wel erg lekker, sorry kalf. Als ik voor mijn dochter kook, maak ik vegetarische recepten klaar. Dus: geen ei, en soja in plaats van room en zo. Maar dat vind ik prima. Qua soep? Doe mij maar soep met ballen! Maar dat mag natuurlijk ook niet meer. Of een bloemkoolsoepje … met ham erin. In ieder geval géén plastic soep.”
IJsberenduet
In muzikale zin houdt ‘Vrouw Houtebeen’ het knipogende midden tussen opera, musical en operette, al wordt de productie ook geafficheerd als een ‘moderne odyssee’. Van den Elshout: “Maar zelf noem ik dit de eerste hoopvolle klimaatopera. En nog Nederlandstalig ook, op een tekst van Gijsje Kooter.”
De operamuziek van William Gilbert & Albert Sullivan van eind negentiende eeuw is opnieuw gearrangeerd en wordt gespeeld door een ‘minisymfonieorkest’ dat bestaat uit musici van het Residentie Orkest. “Ik vind het hartstikke mooie muziek,” zegt Luca, die na ‘Harde Handen’ tot een bekende verschijning is uitgegroeid aan de zeekant.
Kwekers in de kunst, Residentie Orkest en Zuiderstrandtheater, ‘Vrouw Houtebeen’, t/m woensdag 11 september, Zuiderstrandtheater. Meer informatie: www.zuiderstrandtheater.nl
Dit artikel wordt u gratis aangeboden. Wilt u meer lezen over cultuur in de Haagse regio? Neem dan een abonnement op DHC.