Marieke van Delft, conservator oude drukken KB: ‘Dit is een spil in de bibliothecaire wereld’

Na ruim veertig jaar neemt ze afscheid van de KB, de nationale bibliotheek. Ze begon ooit in de oude zalen aan de Kazernestraat en zag de nationale bibliotheek steeds digitaler worden. Daar is ze zelf als adviseur bij betrokken geweest. Maar het meeste houdt Marieke van Delft van echte, oude drukken.

Door

Ze zou eigenlijk nog wel een tijdje willen doorwerken, want aan de ‘oude drukken’ van de Koninklijke Bibliotheek (KB) heeft ze haar hart verpand. “Ik zou pas in november van dit jaar met pensioen gaan, maar toen kwam het pensioenakkoord waardoor de pensioenleeftijd verlaagd werd. Daardoor eindigde mijn dienstverband acht maanden eerder, op 16 maart, na precies een jaar in lockdown,” vertelt Marieke van Delft in de woonkamer van haar huis in het Statenkwartier. De voorjaarszon valt op een stapel grootformaatboeken. Het zijn zogenaamde facsimile-uitgaven, exacte herdrukken van bijzondere boeken uit de rijke collectie van de KB.

“De een-op-een reproductie van zo’n authentiek boek spreekt heel veel mensen aan,” zegt Van Delft terwijl ze de herdruk laat zien van de reusachtige 17de-eeuwse ‘Stedenatlas De Wit’. Het origineel wist zij in 2010 te verwerven voor de KB.

[Tekst gaat verder onder afbeelding.]

Marieke van Delft. (Foto: Brian Mul)

“Toen de directeur van de Belgische uitgeverij Lannoo afbeeldingen van de atlas zag, was hij zó onder de indruk dat hij voorstelde er een facsimile van te maken. Hij maakte een heel grote oplage en dat leek mij best een waagstuk. Maar het werd een doorslaand succes. Veel mensen vinden het toch fijn zelf zo’n mooi boek te bezitten.”

Bestseller

De uitgever kreeg de smaak te pakken. In samenwerking met Van Delft volgden er nog een aantal facsimile’s van kostbare uitgaven, zoals ‘Nederlandsche Vogelen’ van Cornelis Nozeman en Christiaan Sepp (afbeelding 1). “Dat was de eerste keer dat een poging werd gedaan tekeningen en beschrijvingen samen te brengen van alle inheemse Nederlandse vogels. Het werk verscheen tussen 1770 en 1829 in 250 losse afleveringen, als een soort tijdschrift. De facsimile is een enorm boek geworden in één band. Een deel van de kopers bleek te bestaan uit mensen die niet zoveel hebben met oude drukken, maar wel met vogels. Ontzettend leuk om zo de collectie van de KB onder een breder publiek bekend te maken.”

[Tekst gaat verder onder afbeelding.]

Afb. 1: De ooievaar, een plaat uit ‘Nederlandsche Vogelen’ van Cornelis Nozeman en Christiaan Sepp, Amsterdam 1770-1829. (KB/Nationale Bibliotheek)

De samenwerking met Lannoo leidde twee jaar geleden tot de bestseller ‘De geschiedenis van Nederland in 100 oude kaarten’. Van Delft schreef het boek samen met haar echtgenoot Reinder Storm, die verbonden is aan de Amsterdamse Universiteitsbibliotheek.

Carrière van Marieke van Delft

De carrière van Marieke van Delft bij de KB omspant meer dan veertig jaar. Ze begon haar loopbaan in 1978. Het was een totaal andere wereld toen. De bibliotheek was nog gevestigd aan het Lange Voorhout, in het indrukwekkende Huis Huguetan, en aan de Kazernestraat.

 

Wilde je echt verder in de KB, dan moest je een voltooide academische opleiding in de geesteswetenschappen hebben.
Marieke van Delft

 

Daar bevond zich de sfeervolle leeszaal, met grote lichtkronen, houten tafels met schemerlampjes en een dubbele, gietijzeren galerij met boeken, kilometers boeken. We zijn het erover eens dat die nooit afgebroken had mogen worden. Dat was ‘nodig’ voor de komst van de Hoge Raad. Maar die is intussen alweer verhuisd naar het Korte Voorhout.

Maar goed, dat is nu niet het onderwerp. Van Delft: “Ik begon op de afdeling Centrale Catalogus. Daar stuurden alle grote Nederlandse bibliotheken hun cataloguskaartjes heen. Die werden door ons gesorteerd, wat resulteerde in drie grote zalen met kaartenbakken. Daarmee kon je vaststellen in welke Nederlandse bibliotheek een bepaald boek zich bevond. Daarin had de KB toen een nationale functie. Die werd bevestigd toen de bibliotheek in 1982 verhuisde naar het huidige onderkomen in de omgeving van het Centraal Station.

Droombaan

Van Delft wilde meer dan het bijwerken van de catalogus en informatie verstrekken. Dat was lastig omdat ze daarvoor de opleiding miste. “Wilde je echt verder in de KB, dan moest je een voltooide academische opleiding in de geesteswetenschappen hebben. Dus ben ik later in de avonduren geschiedenis gaan studeren. Uiteindelijk ben ik in 2014 aan de universiteit van Leuven gepromoveerd op de geschiedenis van het gedrukte boek.”

Al eerder, in 2004, kreeg ze haar droombaan: die van conservator oude drukken bij de KB. Ze maakte tentoonstellingen, schreef artikelen, gaf colleges, werkte mee aan grote digitale projecten en was coördinator van de nationale bibliografie van het gedrukte boek tot en met 1800 (STCN). Maar een van de belangrijkste taken was toch het verwerven van bijzondere uitgaven, ter aanvulling van de miljoenen boeken, kranten en oude drukken en handschriften tellende collectie. Ze schat dat ze tussen de 2500 en 3000 boeken en andere uitgaven aan de collectie heeft weten toe te voegen.

Wat is haar dierbaarste aanwinst? “Drie jaar geleden kon ik ‘Le recueil des histoires de Troyes’ uit 1485/86 (afbeelding 2) op een veiling verwerven. Het is een incunabel, een heel vroeg voorbeeld van de boekdrukkunst, in dit geval gemaakt door de Haarlemse drukker Jacob Bellaert. Het boek is van belang voor Nederland omdat het geschreven werd in opdracht van de hertog van Bourgondië, toen de landsheer. De schrijver koppelt de oorsprong van de Bourgondische dynastie aan het oude Troje om daarmee hun regering te rechtvaardigen.”

[Tekst gaat verder onder afbeelding.]

Afb. 2: Incunabel ‘Le recueil des histoires de Troyes’, Haarlem 1485/1486. (KB/Nationale Bibliotheek)

Piramidespel

De KB moest diep in de buidel tasten en fondsen benaderen om de 150.000 euro waarop het boek werd afgehamerd op te brengen. “Dat is het absoluut waard,” zegt Van Delft. “Er was geen exemplaar in een Nederlandse collectie, terwijl de Bourgondiërs heel belangrijk zijn voor onze geschiedenis en de illustraties in dit werk tot de beste van die tijd behoren. Er zijn maar een paar andere exemplaren van bekend en die bevinden zich niet voor niets in de topbibliotheken van de wereld, zoals die van het Vaticaan, de Library of Congress in Washington en de Bibliothèque nationale in Parijs.”

 

Toen ik begon, was het een enigszins in zichzelf gekeerd instituut.
Marieke van Delft

 

De wijze waarop het boek op een veiling in Parijs belandde, is opmerkelijk. De kostbare incunabel behoorde tot de collectie van het privémuseum Aristophil in Parijs. De eigenaar, een miljonair, werd gearresteerd toen bleek dat hij een soort piramidespel had opgezet, waarin oude drukken fungeerden als speculatieobjecten; 18.000 investeerders verloren een groot deel van hun geld. De Franse staat nam de collectie in beslag en liet deze veilen. Van Delft: “Gelukkig kregen we een tip dat dit boek opnieuw verkocht zou worden want toen het door Aristophil gekocht werd, had de KB misgegrepen.”

Dit soort uitwassen is uitzonderlijk in de wereld van de kostbare boeken. De KB slaat zijn slag meestal op reguliere veilingen of bij een antiquariaat. Op die manier wist Van Delft vorig jaar nog de hand te leggen op een Haagse aanwinst. “Ik kon drie in Den Haag gedrukte liedblaadjes (afbeelding 3) kopen uit 1730, toen er in Nederland veel homoseksuelen ter dood werden veroordeeld. De liederen richten zich tegen wat toen sodomie werd genoemd. Op een van de bladen wordt melding gemaakt van vijf mannen die in juli 1730 in Den Haag zijn opgehangen wegens het plegen van ‘grouwelyke Zonden’. Eén lichaam werd verbrand, de andere werden in zee gegooid. Een gruwelijke geschiedenis.”

[Tekst gaat verder onder afbeelding.]

Afb. 3: Liedblad tegen de sodomie, Den Haag 1730. (KB/Nationale Bibliotheek)

Dublin

De conservator moet het nu loslaten, het werk. Dat is een uitdaging, want er loopt nog van alles, zoals het Fagelproject. In 1802 zag Hagenaar Hendrik Fagel, telg uit een bekend regentengeslacht, zich gedwongen de collectie van zijn familie te verkopen: 20.000 boeken en 12.000 pamfletten. Ze gingen naar Trinity College in Dublin. Van Delft: “Die collectie is nooit helemaal beschreven. We weten dat er unieke dingen in zitten maar niet precies wat.”

“In 2019 is er geld beschikbaar gesteld door Dutch Culture om deze collectie te ontsluiten in een samenwerkingsproject tussen de KB en Trinity. Dit is beklonken in de context van een bezoek van de koning en de koningin aan Dublin. Ondertussen zijn er beschrijvers in Dublin aan het werk en is er een projectleider aangesteld. Ik was hier namens de KB bij betrokken. Goh, dat had ik nog wel willen afronden. Gelukkig heb ik een goede opvolgster gekregen, Esther van Gelder, die met enthousiasme dit project en alle andere zaken voortzet.”

Marieke van Delft kijkt dankbaar terug

Al met al kijkt Marieke van Delft dankbaar terug op haar carrière. “Ik heb veel kansen gekregen bij de KB. En ik heb de enorme ontwikkeling van de bibliotheek meegemaakt waar ik zelf ook met plezier aan meegewerkt heb. Toen ik begon, was het een enigszins in zichzelf gekeerd instituut. Het personeel ging naar binnen via het bordes op het Lange Voorhout, de bezoekers moesten het doen met een deur in de Kazernestraat.”

“Nu is de KB als nationale bibliotheek een spil in de bibliothecaire wereld, een wereld die steeds digitaler wordt. Daar werkt de KB actief aan mee door ervoor te zorgen dat steeds meer oude bronnen online beschikbaar zijn in Delpher, en met de online bibliotheek. Maar de zorg voor de originele boeken en oude drukken zal ook altijd blijven. Laatst moest ik in het radioprogramma ‘Kunststof’ een tegeltjeswijsheid leveren. Dit is hem geworden: ‘Erfgoed is het waard om je druk voor te maken, want het verbindt je met de eeuwigheid’.”

Meer informatie: www.kb.nl

Onze redactie biedt u dit verhaal uit de papieren krant van donderdag 25 maart 2021 gratis aan. Wilt u meer Haags nieuws lezen? Overweeg een (proef)abonnement op Den Haag Centraal. U ontvangt de krant 10 weken voor slechts 10 euro. 

Standaardportret
Bekijk meer van