(Zomerserie deel 4) Peter Potter: ‘Mozambikanen zijn trots zonder arrogantie’
Velen dromen er slechts van, maar de Hagenaars in deze zomerrubriek doen het: wonen en/of werken in het buitenland. Hoe bevalt dat? En is hun blik op de stad veranderd sinds ze in vreemde oorden vertoeven? In aflevering 4 van de zomerserie ‘Wat voor weer zou het zijn in Den Haag?’ onderwijsvernieuwer Peter Potter in Mozambique.
Sinds 1996 werkt Peter Potter (62) als onderwijsvernieuwer in ontwikkelingslanden. Na Suriname, Vietnam, Tanzania, de Salomonseilanden, Oost-Timor en Angola streek hij anderhalf jaar geleden neer in Mozambique. Daar is het percentage kinderen dat de basisschool voltooit bedroevend laag.
Wat doe je in Mozambique?
“Al meer dan twintig jaar geef ik leiding aan grote onderwijsprogramma’s. Nu is mijn werkgever Creative Associates International, een Amerikaanse organisatie. In het verleden werkte ik in opdracht van Unicef, de Wereldbank en buitenlandse ministeries of ambassades. In Mozambique maken veel kinderen de lagere school niet af. Dat heeft met de taal te maken. De voertaal op scholen is Portugees, terwijl veel leerlingen alleen een Afrikaanse taal spreken.
Het lastige is dat de lokale taal per provincie verschilt, soms zijn er meerdere per streek. Ons programma richt zich op de eerste klassen van de basisschool. De focus ligt op het platteland, daar is het taalprobleem het grootst. Ik stuur een team van honderd mensen aan, allemaal redelijk tot goed opgeleide locals met wie het goed samenwerken is. Het doel is om een miljoen kinderen te bereiken.”
Waarom ben je ooit naar het buitenland gegaan?
“Als leraar heb ik een tijd in Suriname gewerkt, dat beviel heel goed. Daarna ben ik Ontwikkelingsstudies aan de Radboud Universiteit in Nijmegen gaan doen en dan kom je automatisch buiten Europa terecht. Het werk is uitdagend en intensief. Soms zit je ergens voor langere tijd. Samen met mijn Braziliaanse vrouw en onze dochter woonde ik bijvoorbeeld zeven jaar in Tanzania en vijf jaar op de Salomonseilanden.
Een andere keer is het project korter. Ik blijf in ieder geval nog tot de kerst in Mozambique, daarna wil ik graag weer samen zijn met mijn vrouw; zij woont nu in Nederland. Onze dochter van twintig studeert inmiddels in Delft en zit nu een halfjaar in Melbourne.”
Hoe is de mentaliteit in Mozambique?
“Je hebt heel gemakkelijk contact; de communicatieve vaardigheden van Mozambikanen – en andere Afrikanen – zijn heel goed. Ook een zakelijk gesprek begint privé. Ze vragen eerst hoe het met je familie gaat, dat vind ik geweldig. In een Nederlandse bus of trein zegt niemand wat; iedereen staart op z’n telefoon. Ook de solidariteit in Mozambique is enorm. Als er problemen zijn, helpen mensen elkaar. Dat moet ook wel, want sociale voorzieningen ontbreken.”
De zee is kristalhelder en de stranden zijn prachtig.
Wat waardeer je in Den Haag?
“De keerzijde van het Afrikaanse ritme is dat alles lang duurt. Met de Nederlandse efficiency kun je tien dingen op een dag voor elkaar krijgen. In Mozambique duurt het maanden voordat je een werk- en verblijfsvergunning hebt. Ook iets simpels als geld van de bank halen, kan uren kosten. Het hangt van de medewerker af, of van de stemming.
Het openbaar vervoer in Nederland is een luxe. Reizen door Mozambique kost zoveel tijd. Het land is twintig keer zo groot als Nederland en de hoofdstad Maputo, waar ik woon, is in het uiterste zuiden. De afstanden zijn waanzinnig.”
Hoe is het uitgaansleven?
“Ik houd van dansen, muziek en uitgaan en dat kan hier met alle gemak. Elk weekend zijn er feesten en culturele festivals. Mozambikanen koesteren hun cultuur; ze zijn trots zonder arrogantie. Er is een sterke orale traditie. In de steden vind je allerlei leuke restaurants. Vanwege het koloniale verleden zie je veel Portugese invloeden.”
Wat mis je aan Den Haag?
“Slenteren door het centrum, een kroketje van Dungelmann, dropjes kopen, Indisch eten, de terrassen op de Grote Markt en het Plein en naar de bioscoop gaan. Mijn oudere kinderen, moeder, broer en zus en veel vrienden wonen in Den Haag. Al mijn vakanties, vier weken per jaar, breng ik in Nederland door. Ik groeide op in Laakkwartier en Den Haag blijft altijd mijn stad, waar ter wereld ik ook ben.”
Wat raad je Hagenaars aan die Mozambique bezoeken?
“Zorg voor een visum, plan je reis goed en kies niet te veel verschillende locaties. Blijf eerst een paar dagen in Maputo, dat is de mooiste Afrikaanse stad die ik ken. Daarna naar de kust of een eiland in de Indische Oceaan. De zee is kristalhelder en de stranden zijn prachtig. Dan het binnenland in om dieren te zien, bijvoorbeeld in een regionaal wildpark en het aangrenzende Krugerpark in Zuid-Afrika. Met een paar woorden Portugees is je verblijf nog leuker, maar de meesten spreken redelijk Engels. Houd er wel rekening mee dat binnenlandse vluchten een halve of hele dag vertraagd kunnen zijn. Ja, geduld en flexibiliteit zijn onmisbaar in Mozambique.”