Bewonersorganisatie eist helder horecaplan Zeeheldenkwartier
Het aangepaste bestemmingsplan voor het winkelgebied in het Zeeheldenkwartier deugt niet. Dat stelt raadsman Henk Boenders van bewonersorganisatie De Groene Eland. Hij heeft de Raad van State gevraagd het plan op dit onderdeel te vernietigen.
Het plan regelt de verhouding tussen het aantal horecazaken, winkels en dienstverleners in de Zoutmanstraat, de Piet Heinstraat en de Prins Hendrikstraat en op het Prins Hendrikplein. Die verhouding is 30 procent horeca en 70 procent winkels en dienstverleners.
Maar met de methode die de gemeente in het bestemmingsplan heeft vastgelegd, is die verhouding niet te controleren en bestaat dus de kans dat er meer horeca komt dan gewenst is, vindt De Groene Eland.
“Op de Denneweg speelt ditzelfde probleem,” zegt Boenders. “Daar is constant discussie over die verhouding. Dat wil je niet en dus moeten er duidelijke regels zijn.” Hij zag in het afgelopen decennium het aantal horecazaken in de Zeeheldenkwartier enorm groeien.
Bestemmingsplan Zeeheldenkwartier
De verklaring daarvoor zit volgens Boenders in een vorige versie van het bestemmingsplan voor deze buurt. Daar stond de verhouding horeca/winkels niet in de planregels, maar in de toelichting bij dat plan. En de toelichting is juridisch niets waard. Daardoor kon de gemeente de wildgroei aan horeca in de buurt ook niet stoppen.
Achter de voordeur van één pand kunnen meerdere vestigingen van winkels of horeca zitten.
Met het aangepaste plan is die verhouding nu ook in de planregels terechtgekomen. Maar in de ogen van De Groene Eland deugt het nóg niet. De gemeente gaat nu uit van een pand met horeca, een winkel of dienstverlening in plaats van een vestiging. “Dat is lastig te contoleren,” aldus Boenders.
“Achter de voordeur van één pand kunnen meerdere vestigingen van winkels of horeca zitten. Kijk maar naar de winkel van Albert Heijn in de Elandstraat. Achter die ene voordeur zitten drie winkels. Albert Heijn zelf, Etos en Gall & Gall.”
Horecabeleid
Woordvoerders van de gemeente zien het probleem niet. Volgens hen is de verhouding tussen horeca en winkels/dienstverleners wel degelijk goed te controleren. “Door nu uit te gaan van winkel- en horecapanden sluiten we ook aan bij ons horecabeleid.”
De Raad van State zal beoordelen of dit klopt. De uitspraak komt over zes weken.
Wilt u meer Haags nieuws lezen? Klik hier voor een (proef)abonnement en meldt u zich hier aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief.