Martijntje Smits, filosoof: ‘Burgerrechten zijn in de ijskast gezet’
Wat leert de coronacrisis over de wereld en onszelf? In een vijfluik laten Haagse experts hun licht schijnen op de pandemie. In deel 4: filosoof Martijntje Smits. ‘Het parlement is er om alle waarden en belangen af te wegen. Dat is te weinig gebeurd.’
Het coronavirus… daar hebben we een app voor! Met enige spot zou je de respons op de pandemie zo kunnen kenschetsen. Krap drie weken zaten we in lockdown toen het kabinet het plan voor een corona-app tevoorschijn toverde. Naar Aziatisch voorbeeld zouden we op onze telefoon een app installeren die ons waarschuwt als we in aanraking zijn geweest met een besmette medeburger.
Minister Hugo de Jonge (CDA, Volksgezondheid) liet de mogelijkheid om de app te verplichten nog even open, al moest hij daar snel van terugkomen. Maar het geloof in een technologische uitweg uit de pandemie staat fier overeind. Al gaat het virus nog zo snel, de techniek verslaat het wel.
[Tekst gaat verder onder foto.]
Met verbazing heeft de Haagse techniekfilosoof en ingenieur Martijntje Smits (54) de afgelopen maanden de verwikkelingen rond de coronacrisis gadegeslagen. Na een carrière bij TNO, het Rathenau Instituut en de universiteit werkt Smits tegenwoordig als zelfstandig publicist, curator, programmamaker en cursusdocent, met als kernthema de rol van technologie in onze samenleving. Vanuit die invalshoek valt haar in deze coronatijd op hoe politici schermen met eenvoudige oplossingen voor wat zij beschouwt als complexe problemen, en hoe de samenleving meegaat in zulke luchtspiegelingen van wetenschappelijke verlossing. “Ik heb me altijd al verbaasd over de enorme fixatie op technologie,” vertelt ze in de tuin van Café Schlemmer.
Sinds de coronacrisis zijn we er alleen maar afhankelijker van geworden?
Martijntje Smits: “Zeker, al waren we allang afhankelijk van technologie. Je kunt het ook zien als een verschuiving. We hebben ontdekt dat vliegen niet per se noodzakelijk is. Misschien zijn we afhankelijker geworden van digitale technologie, maar minder van allerlei vervoersmiddelen.”
Een uitweg wordt gezocht in technologie, een corona-app bijvoorbeeld. Wat zegt dat over ons?
“Dat ondanks alle kennis over de ambivalentie van nieuwe technologieën we nog steeds in dat vooruitgangsverhaal schieten. In de jaren na de Tweede Wereldoorlog heerste een hallelujastemming rond technologie. De keerzijden kwamen in de jaren zestig aan het licht, door grote milieuschandalen en de kernwapenwedloop. Toen groeide de wijsheid dat technologie niet zomaar goed is. Nu zien we weer een sterk verlangen naar een technologische ‘fix’. Het is een soort onwijsheid die we allang voorbij hadden kunnen zijn. Kennelijk zit de hoop dat we op een makkelijke manier een uitweg uit de coronacrisis vinden diep.”
U bedoelt ook de hoop op een vaccin?
“Dat is de allergrootste fix. Als we een vaccin hebben, is het virus onder controle, is de belofte. Tot die tijd moeten even onze grondrechten ingeperkt worden.”
Andere ziektes hebben we eronder gekregen met vaccins. We zouden toch gek zijn om het niet te proberen?
“Zo’n doel kun je niet verabsoluteren. Een vaccin gaat miljarden kosten. Er zijn veel doelen en belangen in dit leven. In een democratie kun je niet zeggen dat één iets, in dit geval volksgezondheid, het allerhoogste goed is. Economie is ook een groot goed, evenals kinderen die naar school kunnen.”
“En gezondheid is meer dan virusbestrijding, het gaat ook om geestelijk welzijn. Natuurlijk is een vaccin interessant, maar naar zo’n crisis moeten we met een caleidoscoop van perspectieven kijken. Nu is de blik vanaf het eerste moment versmald tot coronabestrijding. Het overschaduwt al het andere.”
Getuigt het vertrouwen in een app of vaccin niet van ons succes? De wereld is behoorlijk maakbaar gebleken.
“Dat zou ik niet zeggen. Ik denk juist dat de wereld heel onmaakbaar is gebleken. In mijn ogen is het vooruitgangsgeloof een geseculariseerde religie van utopieën en dystopieën: technologie kan verlossing brengen, maar ook de ondergang, en als mensheid hebben we dat in de hand. Ik ontken niet dat technologische innovatie voordelen biedt.”
“Maar elke keer als we een stap vooruit maken, gaan we er ook op achteruit. Alleen blijven de maatschappelijke kosten vaak buiten beeld. In alle opzichten zitten we in een complexe crisis. De feiten zijn onzeker. Als democratie moeten we ons eerst afvragen wat precies het doel is, voordat we een middel zoeken. Die stap is overgeslagen.”
Wij geven nu stilzwijgend veel data weg aan bedrijven, zonder dat daarover democratisch is besloten.
In de scepsis van Smits klinkt de stem van Evgeny Morozov door, de bekende criticaster van de techno-optimisten in Silicon Valley. Hij muntte de term ‘solutionisme’ voor de neiging om de grote vraagstukken des levens, van ongelijkheid tot klimaatverandering, te reduceren tot simpele problemen waarvoor technologische oplossingen te vinden zijn.
‘Om de wereld te redden, klik hier’, is de veelzeggende titel van een zijn boeken. Het is, vrij letterlijk, wat de corona-app van het kabinet belooft. In april organiseerde het ministerie van Volksgezondheid haastig een hackathon, die uitliep op een fiasco. Nu, een paar maanden later, is er een app. Telefoons communiceren onderling via bluetooth; de geanonimiseerde codes worden op het toestel zelf opgeslagen en dus niet op een centrale overheidsserver.
Smits gaat de app niet downloaden, al is het maar omdat ze geen smartphone heeft. “Als een soort neo-luddiet (tegenstanders van moderne technologie, red.) wil ik laten zien dat je best zonder kunt leven.”
Hoe heeft u gekeken naar die hackathon?
Martijntje Smits: “Op zich vond ik het een interessant experiment, omdat er allerlei stemmen werden toegelaten. En ik ben blij dat het ertoe heeft geleid dat het kabinet op zijn schreden is teruggekeerd. Zulke technologie vereist een zorgvuldige afweging, dat kan niet in een hackathon van een weekend.”
Nu ligt er een ontwerp waarvan ook kritische stemmen zeggen: over de privacy is goed nagedacht.
“Ik heb me nog niet verdiept in de nieuwe versie. In het algemeen denk ik dat we veel te lichtzinnig omgaan met het prijsgeven van onze gegevens. De basis van een democratie is dat de burger soeverein is. Een stukje van die soevereiniteit geven we, vanuit welbegrepen eigenbelang, weg aan de democratische staat. Dat is het idee van het sociaal contract. Alleen geven wij nu stilzwijgend veel data weg aan bedrijven, zonder dat daarover democratisch is besloten.”
Bijvoorbeeld aan Google en Apple, toevallig ook de partijen die de ondersteunende software voor de corona-app leveren. Kennelijk kan Europa dat niet zelf.
“Dat is een groot probleem. De Europese Unie heeft grote ambities om eigen digitale industrie te ontwikkelen, maar die komen wel vijfentwintig jaar te laat. Wat mij betreft zou dit soort internettechnologie een publieke infrastructuur moeten zijn. Een nutsbedrijf, net als elektriciteit. Het klopt niet dat het internet in handen is van grote bedrijven. Zoals Marleen Stikker (internetfilosoof, red.) bepleit in haar boek ‘Het internet is stuk’: eigenlijk moeten we opnieuw beginnen.”
De EU heeft grote ambities om eigen digitale industrie te ontwikkelen, maar die komen wel vijfentwintig jaar te laat.
Smits heeft zich verbaasd over de verstrekkende coronamaatregelen. In mei organiseerde ze met gelijkgestemden een debatbijeenkomst over burgerrechten in coronatijd in Vrijplaats Utopie. Tenminste, dat was het plan, de burgemeester verbood het evenement vanwege de toen geldende restricties.
Zo belandden Smits en haar medestanders in een soort catch-22: de reden van samenkomst waren de coronamaatregelen, maar diezelfde coronamaatregelen maakten samenkomen onmogelijk. Ze stapten naar de rechter, maar kregen ongelijk. De actualiteit haalde hen in: na de versoepeling van 1 juni kon de debatavond alsnog doorgaan, een week later dan gepland.
Wat was de aanleiding van het Utopie-debat?
Martijntje Smits: “We waren verbaasd dat mensen zo gedwee meegingen in de coronamaatregelen, want wij vonden het ontstellend dat allerlei burgerlijke vrijheden in de ijskast waren gezet. Die krijg je niet zomaar terug. Kijk naar de noodtoestanden na terroristische aanslagen, die worden vaak permanent. Zelfs in mijn weldenkende, linkse vriendenkring merkte ik dat ik m’n kop moest houden. Niet zeuren over grondrechten, er gaan mensen dood. Ik behoor overigens niet tot de mensen van Viruswaanzin, want die maken dezelfde fout door te beweren dat zij de absolute waarheid in pacht hebben.”
Waarom zijn jullie naar de rechter gestapt?
“Wij wilden discussiëren over de proportionaliteit van de coronabeperkingen. Dat we dat als burgers met elkaar niet konden doen, vonden we zorgwekkend. Toen hebben we dat kort geding aangespannen.”
Jullie hadden de bijeenkomst ook via een videoverbinding kunnen houden.
“Ook dat is weer zo’n technologische fix. Een videoconference is niet het equivalent van een debat met elkaar in dezelfde ruimte. Dat merkten we ook bij die Utopie-bijeenkomst. Er was een ontlading van het samenzijn.”
Nu richt u uw pijlen op de omstreden coronawet. Het eerste wetsvoorstel vond vrijwel iedereen een gedrocht, want het gaf ministers wel erg veel macht. Is de nieuwe versie beter?
“Het eerste voorstel vond ik volstrekt brutaal. De coronawet ligt naar mijn idee in het verlengde van de parlementaire stilte. Toen de lockdown inging, heeft de Tweede Kamer zich weinig geroerd. In het nieuwe voorstel is de wet afgezwakt. De politie mag niet meer je huis binnenvallen om te handhaven, bijvoorbeeld. Maar de wet is nog altijd geregeld via het strafrecht. Het zou niet moeten kunnen dat het gebruikmaken van je grondwettelijke vrijheden strafbaar is.”
We hebben echt een opfriscursus nodig.
Vroeger werd een plaag uitgelegd als een straf van God. Zulk fatalisme pikken we niet meer van bestuurders, die moeten handelen. Is het niet begrijpelijk dat ministers de controle naar zich toe willen trekken?
“Nee, de ministers moeten deemoediger zijn. Zij zijn slechts uitvoerders van de volkswil, zogezegd. Ik was erg gecharmeerd van Herman Tjeenk Willink (minister van Staat, red.) bij tv-programma ‘Buitenhof’. Hij zei dat we na dertig jaar managementpolitiek de democratische grondregels aan het vergeten zijn. In een complexe situatie als deze coronacrisis heb je méér democratie nodig, betoogt hij. De democratische grondregels zijn er juist voor de momenten dat het moeilijk is.”
Is dat niet ingewikkeld wanneer het kabinet onder grote druk staat om te handelen?
“Ik snap dat in maart snel gereageerd moest worden. Maar we leven in een democratie. We kunnen de regering vragen even snel te handelen, maar dat moet altijd tijdelijk zijn en onder parlementaire controle staan. De kortetermijndoelstelling van toen – de ic’s niet overbelasten – was op zich begrijpelijk, maar zoiets vergt voortdurende reflectie en bijstelling.”
Wat moeten we doen om uit de coronacrisis te komen?
“Ik heb evenmin als anderen het antwoord, en zeker geen snelle fix. Maar één ding weet ik wel: we moeten de ‘checks and balances’ in ere herstellen. Het parlement is er om alle waarden en belangen af te wegen. Dat is te weinig gebeurd. We hebben echt een opfriscursus nodig.”
De redactie biedt u dit deel uit de serie Haagse kijk op Corona gratis aan. De slotaflevering met econoom Wimar Bolhuis leest u exclusief in de papieren krant van donderdag 27 augustus. Onze verkooppunten vindt u hier. Of bekijk de mogelijkheden van een (proef)abonnement op de krant.