Stikstofuitstoot bij renovatie Binnenhof: probleem of principekwestie?
De stikstofuitstoot bij de renovatie van het Binnenhof moet serieus worden genomen, vindt Mobilisation for the Environment. De milieuorganisatie vroeg woensdag aan de rechter om een tik op de vingers van de ‘opportunistische’ overheid.
Volgens Mobilisation for the Environment (MOB) heeft de provincie Zuid-Holland niet goed gekeken naar de stikstof die wordt uitgestoten bij de renovatie van het Binnenhof. De actiegroep, die grossiert in juridische procedures, stelt dat daarvoor eerst ten onrechte een vergunning ontbrak. De vergunning die er nu ligt, zou niet deugen. De Haagse bestuursrechter moet er nu aan te pas komen. Woensdag werd de zaak behandeld bij de rechtbank op een steenworp afstand van de tijdelijke huisvesting van de Tweede Kamer. Op 25 juni volgt de uitspraak.
Ingrijpen
De renovatie van het Binnenhof begon in 2021. Door een zogenoemde bouwvrijstelling hoefde daarbij geen rekening te worden gehouden met de stikstofuitstoot, totdat de Raad van State in 2022 besloot dat zo’n vrijstelling in strijd is met Europese natuurbeschermingsregels. Volgens MOB werden de werkzaamheden daarmee illegaal. De milieuorganisatie vroeg aan de provincie om in te grijpen. Die vond het niet nodig om de toen nog voorbereidende werkzaamheden stil te leggen, met vertraging en mogelijk miljoenen extra kosten tot gevolg. Later gaf de provincie alsnog een natuurvergunning voor de renovatie af aan het Rijksvastgoedbedrijf (RVB). MOB stelt dat onvoldoende is onderzocht wat de gevolgen daarvan zijn voor Natura 2000-gebieden.
Met de renovatie zijn onzekerheden gemoeid, dus moet rekening worden gehouden met onvoorziene werkzaamheden
Op een paar kilometer afstand van het historische regeringscentrum in de binnenstad liggen de kwetsbare natuurgebieden Meijendel en Westduinpark. Volgens de milieuorganisatie heeft de provincie zonder ‘deugdelijke ecologische kennis’ toestemming gegeven voor de uitstoot van tien keer meer stikstof dan waarvan werd uitgegaan bij de afwijzing van het verzoek om de renovatie stil te leggen. Ook vindt MOB dat gekeken had moeten worden naar de uitstoot bij het gebruik van het Binnenhof na oplevering. Landsadvocaat Roelof Reinders bestrijdt dat: “De stoeltjes van de Tweede Kamer komen op dezelfde plek terug; aan het gebruik zoals het al 800 jaar gebeurt, verandert niets.”
Onzekerheid
De nu vergunde stikstofuitstoot is bescheiden te noemen in vergelijking met andere bouwprojecten; het betreft vooral de aan- en afvoer van werknemers en materialen. De werkzaamheden worden grotendeels uitgevoerd met elektrisch aangedreven machines, waaronder diepladers en torenkranen. “Maar met de renovatie zijn onzekerheden gemoeid, dus moet rekening worden gehouden met onvoorziene werkzaamheden,” stelt Valentijn Wösten, de juridisch adviseur van MOB.
De staat heeft de renovatie juist heel goed voorbereid
De zaak is voor de milieuorganisatie bovendien een principekwestie. “Het Binnenhof is het centrum van de democratische rechtsstaat. Een overheid moet geloofwaardig zijn,” benadrukt Wösten. “Als het rijk een loopje kan nemen met de wet, wordt van de rechtsstaat gevaarlijke satire gemaakt.” De MOB-jurist noemt het optreden van de provincie ‘procedureel opportunistisch en diep cynisch’. De landsadvocaat stelt dat het tegendeel waar is: “De staat heeft de renovatie juist heel goed voorbereid, met alle oog voor de natuur, het historisch erfgoed en de mensen die daarin werken.”
Langer en duurder
De stikstofuitstoot is maar een van de problemen bij de renovatie. Door allerlei bestuurlijke conflicten en ruzies met architecten liep het bouwproject eerder al grote vertraging op en wordt het veel duurder dan verwacht. In 2015 viel het besluit om het historische complex – waar onder meer de Eerste en de Tweede Kamer worden gehuisvest – op de snelste en goedkoopste manier te verbouwen, het complete terrein af te sluiten en alle Binnenhofbewoners te verhuizen. Destijds was het idee dat de renovatie eind 2026 klaar zou zijn, voor een bedrag van 475 miljoen euro. Inmiddels gaat het project naar verwachting zeker 2 miljard euro kosten en lijkt ook de naar eind 2028 opgeschoven opleverdatum niet haalbaar.