Wat te doen tegen vervallen ambassades? Praten, praten, praten
Saoedi-Arabië gaat z’n vervallen gebouwen opknappen, belooft de ambassade aan de gemeenteraad. Die hield woensdag een bijeenkomst over het slechte onderhoud van ambassadegebouwen. “Veel meer dan praten kunnen we niet.”
Kroatië, Saoedi-Arabië, Thailand, Congo, Griekenland, India, Zuid-Afrika, Oman, Egypte, Nigeria. De lijst met landen die hun gebouwen in Den Haag in meer of mindere mate verwaarlozen, is lang. Maar vanwege de diplomatieke bescherming die op de panden rust, kan de gemeente niet handhaven. Reden voor de commissie bestuur om woensdagmiddag een bespreking met experts en betrokkenen te houden.
De opvallendste gast: Naif Algahtany, diplomatiek medewerker van de Saoedische ambassade. Geen land maakt het zo bont als deze Golfstaat. De Saoediërs leveren twee rijksmonumenten – een villa aan de Alexanderstraat en huize De Kempenaer aan de Eisenhowerlaan – over aan de elementen. “Wij delen de zorg,” zegt Algahtany via een tolk. “De gebouwen moeten worden aangepakt. De ambassade is in gesprek met aannemers om de panden te renoveren. Onze aanwezigheid is een teken van goede wil om samen te werken.”
Bij een ambassadegebouw mogen we niet met een sleutel in de kozijnen drukken
Dat is een welkome boodschap voor de aanwezige raadsleden. Zij hebben de indruk dat de gemeente geen grip heeft op de aftakeling van monumentaal erfgoed dat in eigendom is van buitenlandse staten. Volgens internationale verdragen zijn diplomatieke gebouwen onschendbaar. Rijksmonument of niet, de overheid kan onderhoud niet afdwingen.
Frustraties
Dat leidt al jaren tot frustraties in de stad. Groot was de verontwaardiging toen de bakstenen van de aanbouw van de Saoedische villa aan de Eisenhowerlaan bij een storm naar beneden kwamen. Anderhalf jaar geleden hielden bewoners uit Duinoord zelfs een protestmars tegen de ‘verkrotting’ van de Kroatische villa aan de Groot Hertoginnelaan. Over leegstaande panden van Egypte en Congo werden rechtszaken gevoerd – gedupeerde zakenmannen legden er beslag op, maar werden teruggefloten door de rechter.
Kan het stadhuis hier werkelijk niets tegen doen? De gemeente mag nalatige ambassades aanschrijven en zelfs een dwangsom opleggen. Maar in de praktijk is dat een lastig verhaal, schetst Gijs de Bock van de Haagse Pandbrigade. “Normaal doen wij onderzoek ter plaatse, maar bij ambassadegebouwen mag dat niet. We kunnen bijvoorbeeld niet met een sleutel in de kozijnen drukken om te kijken of het hout verrot is.” Ook als achterstallig onderhoud duidelijk zichtbaar is, kan de Pandbrigade doorgaans niet volstaan met alleen foto’s. “Een last onder dwangsom moet je echt gedegen onderbouwen.”
Veel meer dan praten kunnen ook wij niet
Bovendien kan de gemeente een dwangsom niet innen. Dan stuit het stadhuis op de diplomatieke immuniteit van de buitenlandse staat. “We kunnen dus wel een boete opleggen, maar kunnen die niet effectueren,” zegt De Bock. “Dat maakt het een papieren tijger. Het college van B en W verkiest om het gesprek aan te gaan met de ambassade.”
Stevig gesprek
Dat gesprek wordt vaak gevoerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken, dat ingangen heeft bij alle ambassades. “Sommige ambassades luisteren alleen naar de Nederlandse staat, niet naar de gemeente,” vertelt beleidsmedewerker Roel van Oosten-Quené in de raadzaal. “Zo’n gesprek kan op een gegeven moment best stevig zijn. Wij blijven aan de bel trekken. Maar veel meer dan praten kunnen ook wij niet.”
Dat hoeft niet vruchteloos te blijven. Zo is Thailand onlangs begonnen met de renovatie van zijn ambassade aan de Laan van Copes van Cattenburch. Congo’s plannen voor z’n villa aan de Violenweg zijn inmiddels zo serieus, dat de krakers die er verbleven op verzoek van het ministerie zijn vertrokken. En na het buurtprotest maakt Kroatië eindelijk werk van de renovatie van de leegstaande villa aan de Groot Hertoginnelaan. “Buurtverenigingen en media kunnen een belangrijke rol spelen,” aldus Hans Akerboom, plaatsvervangend directeur protocol en gastlandzaken bij het ministerie.
Ook de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed geeft de voorkeur aan de ‘vriendelijke manier’, vertelt Marjolie Verhoek. “Onze ervaring is dat laagdrempelige gesprekken over onderhoud het beste werken, ook met niet-diplomatieke eigenaren.” Ambassades kunnen bij de Rijksdienst zelfs subsidie aanvragen voor het onderhoud van hun monumenten.
Niet tevreden
Het stemt Arjen Dubbelaar, raadslid van Hart voor Den Haag, niet tevreden. Hij begrijpt niet waarom gemeente en ministerie niet harder optreden. Af en toe publiceert de gemeente een lijst met landen die de meeste verkeersboetes hebben openstaan. (Het gaat overigens om ‘betaalverzoeken’, normale verkeersboetes mogen sinds een vonnis van 2014 niet meer worden opgelegd.) Waarom kan dat niet met ambassadekrotten?
Het opknappen van de panden is ook belangrijk voor het imago van ons land
Hans Tiethoff van de vereniging Vrienden Monumentaal Erfgoed Den Haag stoort het dat vrijwel alle panden van een buitenlandse staat immuun zijn. “Als een pand al jarenlang leegstaat of zelfs nog nooit is gebruikt door een ambassade, dan kan er toch nauwelijks nog sprake zijn van diplomatieke immuniteit?”
Die vraag blijft vandaag onbeantwoord. De Saoediërs worden uitvoerig bedankt voor hun aanwezigheid. Of het ministerie ze gepusht heeft om te komen? Niets daarvan, bezweert Algahtany. “Het opknappen van de panden is ook belangrijk voor het imago van ons land.”
De redactie biedt u dit verhaal gratis aan. Meer Haagse verhalen? Neem een (proef)abonnement op weekkrant Den Haag Centraal. Elke donderdag in de bus. De krant is ook verkrijgbaar bij onze verkooppunten.