Rekenkamer kritisch: effect van citymarketing wordt ‘overschat’

Een binnenstad vol Mondriaanstickers, dure Engelse woorden als ‘incubators’, ‘fieldlabs’ en ‘citydressing’. Het Haagse economisch beleid klinkt misschien indrukwekkend, maar of het zin heeft? De Rekenkamer is bijzonder kritisch.

Door

Gemiddeld 65 miljoen euro uit de gemeentekas gaat per jaar op aan het stimuleren van de lokale economie. Volgens de rekenkamer is alleen niet duidelijk of die investeringen wel iets opleveren. Dat staat in het onderzoeksrapport ‘Tel uit je winst’. ‘De gemeenteraad heeft geen goed zicht op de kwaliteit, effectiviteit en doelmatigheid van het economisch beleid,’ aldus de onderzoekers.

In de beleidsstukken ontbreekt het volgens de rekenkamer aan duidelijke doelen. Vage omschrijvingen als ‘de koek moet groter’ en ‘een forse kwaliteitsimpuls geven aan de branding en marketing van Den Haag’ worden onvoldoende uitgelegd.

Ook worden er begrippen gebruikt die op veel verschillende manieren kunnen worden uitgelegd, zoals ‘citydressing’ en ‘creatieve ecosystemen’. Dit maakt dat voor de gemeenteraad nauwelijks te controleren is of er daadwerkelijk iets is bereikt, zo stelt de Rekenkamer.

Effect

Behalve de kritiek dat het beleid vaag is, vindt de rekenkamer ook onvoldoende bewezen dat wat de gemeente doet ook effect heeft. Sinds de economische crisis probeert Den Haag zichzelf opnieuw uit te vinden. De stad doet dit omdat ‘ambtenarenstad’ zijn niet meer voldoende oplevert. Maar de economische groei blijft achter bij de andere grote steden, benadrukken de onderzoekers.

 

Het is voor de gemeenteraad nauwelijks te controleren of er daadwerkelijk iets is bereikt.
Onderzoekers van de Rekenkamer

 

Nieuwe Haagse speerpunten zijn bijvoorbeeld het stimuleren van toerisme, het midden- en kleinbedrijf en specifieke sectoren zoals cybersecurity en duurzaamheid. Juist die dingen worden in het onderzoek bekritiseerd. Evenementen organiseren om toeristen te trekken, werkt bijvoorbeeld wel, maar het effect van iets als het themajaar 200 jaar badplaats of de viering van het Mondriaanjaar, worden ‘overschat’.

Het nut van het creëren van economische clusters waar bedrijven, kennisinstellingen en overheden bij elkaar worden gebracht, zoals gebeurt op het gebied van veiligheid in Den Haag, is wetenschappelijk niet bewezen, schrijft de rekenkamer.

Concrete doelen

De onderzoekers doen een zestal aanbevelingen, mede omdat zij in het collegeakkoord van het nieuwe stadsbestuur weer dezelfde problemen zagen terugkomen. In het vervolg moet er vooral een helder kader komen voor het economisch beleid. Dit moet concrete doelen bevatten die de gemeenteraad kan controleren. Waarom welke maatregelen worden genomen, moet beter worden beargumenteerd. Ook moet de koppeling tussen wat men wil bereiken, wat daarvoor nodig is en wat dat gaat kosten, expliciet worden gemaakt.

 

Het verband tussen overheidsingrijpen en economisch effect is niet altijd duidelijk te leggen.
Haags college van B en W

 

Volgens het nieuwe stadsbestuur is de conclusie van de rekenkamer over het collegeakkoord en de begroting van 2018 voorbarig, omdat er sprake was van een ‘overgangsjaar’. Wethouders economie Richard de Mos (Groep de Mos, economie) en Saskia Bruines (D66, kenniseconomie) hebben in maart een concept economische visie aangeboden aan de raad.

Hierover zal de gemeenteraad debatteren. Daarna komt er een definitieve versie. Bruines en De Mos beloven de aanbevelingen van de rekenkamer in hun beleid te verwerken. Ze prijzen de ‘timing’ van de onderzoekers en bedanken hen ook voor de aanbevelingen. Wel benadrukt het college dat het verband tussen overheidsingrijpen en economisch effect niet altijd duidelijk te leggen is.

Dit artikel wordt u gratis aangeboden. Wilt u meer Haags nieuws lezen? Neem dan een abonnement op DHC.

Pasfoto Mieke
Bekijk meer van