Feestelijk slot Writers Unlimited met Daanje en Campert

Het festival Writers Unlimited kende zondag een intense afsluiting, met een ode aan Remco Campert en de uitreiking van Haagse literaire prijzen.

Door

‘Vijf jaar geleden,” zei ze, “zouden al mijn lezers in deze zaal hebben gepast. Nu niet meer.” Schrijver Anjet Daanje blikte zondag in de Koninklijke Schouwburg humoristisch terug op haar carrière, maar dicht onder de oppervlakte sluimerde de tragiek. Haar eerste roman verscheen in 1993. De eerste critici, onder wie de Haagse schrijver Kees ’t Hart, merkten haar op in 2006. En pas in 2019 brak zij door met ‘De herinnerde soldaat’. Het succes kwam te laat voor haar ouders, die toen al overleden waren.

En zondag volgde de bekroning van haar oeuvre met de uitreiking van de Constantijn Huygensprijs, de belangrijkste onderscheiding van de Haagse Jan Campert-Stichting. Dezelfde Kees ’t Hart sprak de lofrede (‘laudatio’) uit. “Ze celebreert de romankunst in altijd andere tonen en systemen,” zei hij. Daanje werd ook nog schitterend toegezongen door Maartje Meijer, die een lied maakte van een van haar gedichten. De andere winnaars waren Tomas Lieske (F. Bordewijk-prijs), Rozalie Hirs (Jan Campert-prijs) en Tjibbe Veldkamp (Nienke van Hichtum-prijs). De prijzen werden uitgereikt door wethouder Saskia Bruines (D66, cultuur). De uitreiking maakt sinds jaar en dag deel uit van het festival Writers Unlimited (Winternachten).

 

Het dooit op de Overtoom /  maar het vriest ook alweer op / melden mijn voeten / die mijn dag verlopen
Remco Campert

 

Voordat de prijzen kwamen stond de twee jaar geleden gestorven Remco Campert centraal. Zijn biograaf Mirjam ten Hengel presenteerde een afwisselende ‘ode’ van woord en muziek. Het Benjamin Herman Kwartet speelde vrolijke jazz. Gitarist Corry van Binsbergen begeleidde sfeervol opnames van Campert die uit eigen werk las en Ellen ten Damme zong ‘Het regende zon’, dat bij Campert eigenlijk ‘Denkend aan Jacques Prévert en Joseph Kosma’ heette en dus een verwijzing is naar het vermaarde chanson ‘Les feuilles mortes’. Kees van Kooten sprak vanuit een loge en pleitte voor een uitgave van de verzamelde minicolumns CaMu uit de Volkskrant (‘CaMu zonder s’). En Ramsey Nasr herdacht Campert met uiteenzetting over een wandelstokje dat hij van hem heeft geërfd en dat Campert zelf via zijn moeder erfde van de Haagse acteur Cruys Voorbergh.

Zeer toepasselijk dat Campert, die in 1929 in Den Haag het levenslicht zag, in deze stad werd geëerd. Maar hij was toch vooral Amsterdammer. Zoals we hem ook hoorden voordragen: Het dooit op de Overtoom /  maar het vriest ook alweer op / melden mijn voeten / die mijn dag verlopen / ik blijf dicht bij huis / steeds dichter / dat is mijn leeftijd.

 

Standaardportret
Bekijk meer van