Bart Chabot viert feestje in de Witte, zonder das
De deftige Sociëteit De Witte en Bart Chabot lijken geen voor de hand liggende combinatie. Maar hij won er wel de literaire prijs.
‘De jury heeft uitstekend werk verricht!” zei Bart Chabot woensdagmiddag in de Nieuwe of Littéraire Sociëteit De Witte aan het plein. Hij kreeg er de tweejaarlijkse Littéraire Witteprijs uitgereikt, die dit jaar voor de 22ste keer is toegekend. Er is een bedrag van vijfduizend euro aan verbonden. Chabot staat nu in een illuster rijtje dat ooit begon met Hella Haasse en waarin ook de namen voorkomen van bijvoorbeeld Alexander Münninghoff, Yvonne Keuls en Alfred Birney.
Verdrietige jeugd
Chabot (1954) kreeg de prijs voor zijn twee laatste, autobiografische boeken: ‘Mijn vaders hand’ (2020) en ‘Hartritme’ (2021). Volgens jury-voorzitter Hildelies Pennington de Jongh is hij er met deze romans in geslaagd ‘zijn levensverhaal een aangrijpende literaire wending te geven’. Door sterke familiebanden en vriendschappen ‘weet de verteller zich los te vechten van zijn verdrietige jeugd en vindt hij uiteindelijk de weg in zijn leven als podiumdier, BN’er en televisiepersonality naar literair schrijverschap,’ aldus het juryrapport.
Chabot verwierf eerder bekendheid als dichter en performer. Zijn thrillers ‘Triggerhappy’ (2013) en ‘Easystreet’ (2016) zorgden niet voor een doorbraak als romancier. Die kwam met het goed ontvangen ‘Mijn vaders hand’, waarin hij de moeizame relatie met zijn gewelddadige vader beschrijft. ‘Hartritme’ is daarop het vervolg en gaat onder meer over de gezondheidsproblemen en het gezinsleven van de auteur. En ook over zijn vrienden Herman Brood, Jules Deelder en Martin Bril.
Nog een deel
De jury dacht dat Chabot hiermee zijn persoonlijke ‘symfonie’ heeft voltooid, maar dat blijkt niet waar te zijn. In zijn dankwoord liet de auteur weten dat er een derde deel op stapel staat. Hij wees erop dat hij tot voor kort nooit is bekroond, mogelijk omdat hij niet tot bepaalde ‘Amsterdamse kringen’ behoort. Maar recent was daar opeens de Jip Golsteijnprijs, vernoemd naar de 2002 overleden popjournalist. De jury bekroonde een interview van Chabot met Earringzanger Barry Hay, dat eind vorig jaar verscheen in het muziekblad Oor. “Uitgereikt in Paradiso, toch wel het centrum van seks, drugs en rock ’n roll. Heel iets anders dan De Witte. Maar je kunt nu wel zeggen dat ik met mijn werk uitersten weet te bereiken,” aldus een opgetogen Chabot. De Witte-voorzitter Frederik van Nouhuys, die de oorkonde uitreikte, had het contrast tussen de wereld van de schrijver en die van De Witte al even aangestipt. Hij had het over de ‘notoire geen-dasdrager’ Chabot, daarmee verwijzend naar de regel dat heren in de grote conversatiezaal van de sociëteit een das dienen te dragen. “Maar als iemand authentiek is, doet de rest er niet meer toe,” besloot hij mild.
Gedachte aan zelfmoord
Serieuzere momenten waren er ook, woensdagmiddag. In het juryrapport wordt gesproken over een ‘onheilspellend spelen met de gedachte aan zelfmoord’. Chabot daarover: “Mijn gezin heeft me verankerd aan het leven, anders had ik er misschien wel afscheid van genomen.” Hij richtte zich nadrukkelijk tot zijn vrouw Yolanda en zijn zoons Sebastiaan, Maurits, Splinter en Storm, die allen aanwezig waren. Ook de oorlog in Oekraïne kwam de sociëteitszaal nog binnen. Chabot had wachtende vluchtelingen gezien bij de ambassade aan de Zeestraat. “Dat de blauw-gele vlag voor altijd boven een soeverein Oekraïne wapperen mag,” zei hij.
Pennington de Jongh wijdde eerder ook nog enige woorden aan twee andere boeken die op de shortlist stonden. Het ging om de thriller ‘Vier weekenden’ (2020) van Dario Goldbach, die zich afspeelt in het Haagse uitgaansleven rond de Grote Markt. En de jury ‘stond lang stil’ bij Mira Feticu’s ‘Liefdesverklaring aan de Nederlandse Taal’ (2021). De Roemeense Feticu, als columnist verbonden aan Den Haag Centraal, ‘biedt ons in mooi verwoorde korte essays een verrassend en uniek perspectief op de Nederlandse taal en de cultuur’.