De Schilderswijk is een toonbeeld van de tumultueuze stadsvernieuwing

Door Teun van den Ende

Op een kaart van Den Haag die ik online vond, is de Schilderswijk ingedeeld in de categorie ‘Gebieden waar door de vele vernieuwingen nog nauwelijks een stedelijk ensemble domineert’. De van oorsprong 19de-eeuwse arbeiderswijk wordt ook wel als ‘de grootste stadsvernieuwingswijk van Europa’ gekenschetst. In de jaren tachtig startte een ingrijpende wijkvernieuwing volgens vooruitstrevende architectonische en politieke ambities.

Door

Is het mogelijk om drie decennia later al met enige afstand terug te kijken op de resultaten van de tumultueuze en politiek geladen stadsvernieuwing in de Schilderswijk? In de recente inventarisatie van Haagse architectuur uit de periode 1965-1995 speelt de wijk een bescheiden rol. De verzameling van potentieel Haags ‘Post 65’-erfgoed is opgesteld door de afdeling Monumentenzorg en Welstand van de gemeente Den Haag.

Het Klaverblad, een ontwerp van architect Andries van Wijngaarden voor zes compacte, vierkante bouwblokken uit 1984, staat erin vermeld. Geheel naar de toen heersende trend in de volkshuisvesting zijn de woningen uitermate sober ontworpen teneinde de huren betaalbaar te houden. De inventarisatie vermeldt: ‘Door de opzet in de vorm van een klaverblad is het een enigszins in zichzelf gekeerd blok. Het negeert de oude rooilijnen in de van oorsprong 19de-eeuwse Schilderswijk en ook qua schaal past het niet in de wijk. Juist daarom is het tekenend voor de (vroege) stadsvernieuwing.’

Verbrokkeling

Adri Duivesteijn, PvdA-wethouder voor ruimtelijke ordening tussen 1980 en 1989, was voor zijn politieke loopbaan al in de wijk actief in actiegroepen en kende de wijk van binnenuit. Hij maakte zich zorgen dat de Schilderswijk door de degelijke, maar sobere nieuwbouw onherkenbaar zou worden. Hij ging de uitdaging aan om de wijk door middel van een andere architectuur herkenbaar te houden. De heersende opvatting over de stadsvernieuwing veranderde: ‘De straten volgden (oorspronkelijk, red.) voornamelijk de oude kavelstructuur van de Zusterpolder en verbrokkeling van dat beeld werd als een probleem gezien,’ schrijft Leo Oorschot in zijn proefschrift over Haagse stadsontwikkeling. Duijvestein nodigde diverse vooraanstaande (internationale) architecten uit de Schilderswijk te vernieuwen. Zo hoopte hij de wijk middels architectonische oplossingen, een impuls te geven terwijl die ingrijpend van samenstelling veranderde (in 1984 had 46 procent een migratieachtergrond, in 2008 ruim 90 procent).

De Vaillantlaan is, in elk geval in omvang, het hoogtepunt van de tweede episode in de stadsvernieuwing van de wijk. Hoewel het ontwerp bij de oplevering in (internationale) architectuurbladen verscheen was er ook kritiek: ‘De monumentaliteit van de gevel doet erg onhaags aan en doet eerder aan Italiaanse Novecento-architectuur denken,’ schrijven Ed Melet en Liesbeth Melis kort na de oplevering in 1993 in vakblad De Architect.

Gevelelementen

Het herontwerp van de boulevard die de Schilderswijk doorsnijdt, is het resultaat van een gemeentelijke opdracht aan de betrokken architecten om de karakteristieke structuur van de ‘revolutiebouwwijk’ (met snel en goedkoop gebouwde woningen uit de industriële revolutie) te behouden. De samenhang wordt over een lengte van meer dan een kilometer door eenvormige gevelwanden aan weerszijden bij elkaar gehouden. Jo Coenen hield, met een toolbox van gevelelementen waarmee de woningen samengesteld diende te worden, als supervisor grip op het stedenbouwkundig eindbeeld. De dwingende stedenbouwkundige voorschriften waren uitvloeisel van een beleidsplan waarmee de stedenbouwkundige dienst ‘na jaren vernedering en kritiek liet zien waartoe ze in staat was’, schrijft Oorschot terugblikkend op de sobere periode van de stadsvernieuwing.

Duijvestein zag het herontwerp als een manier om de herkenbaarheid te vergroten en de levendigheid van de arbeiderswijk te behouden. Melet en Melis kwamen echter tot de conclusie dat ‘het werkelijke leven verborgen ging achter een chique en vooral dure jas. De nieuwe Vaillantlaan boet ernstig aan levendigheid in’. Ook Duivensteijn betuigde later spijt van de stadsvernieuwing in een interview met de Groene Amsterdammer in 1996: ‘Ik zag met schrik dat door die nieuwbouw heel veel kapotgemaakt werd. Daar word je met al je idealen natuurlijk ontzettend agressief van, maar er is nu eenmaal geen vooropleiding tot wethouder.’

Voorwaarts met de Schilderswijk

De oorzaken zijn goed gedocumenteerd. Zo viel het de verschillende architecten zwaar om in het stedenbouwkundige keurslijf te ontwerpen. Veel plattegronden waren door de regelgeving voor sociale huur gedicteerd. Doordat alle aandacht en daarmee het grootste deel van het beschikbare budget geabsorbeerd werd door de gevel, kwam de kwaliteit van de woningen in het geding. ‘Sanering, hoe zeer ook verrijkt door stralende architectonische projecten, kan natuurlijk nooit (sociaal-economische, red.) problemen oplossen. En dat is ook niet de taak van een architect. Toch heeft Jo Coenen met het ontwikkelen van zijn Stedenbouwkundig-Architectonisch Plan Vaillantlaan die pretenties gehad,’ aldus Melet en Melis. Die conclusie deelde Peter Noordanus, wethouder ruimtelijke ordening tussen 1989 en 2001, niet. Voor hem markeerde de vernieuwing van de Vaillantlaan en de (daarmee kruisende) Hobbemastraat ‘een essentiële stap voorwaarts in het zoeken naar samenhang tussen stedenbouw en architectuur in gebieden die samenhang juist door recente vernieuwingsoperaties dreigden te verliezen’.

Op de kruising Vaillantlaan-Hobbemastraat ontwierp Rudy Uytenhaak een lange rij woningen met winkels op de begane grond. De inventarisatie van het Haagse ‘Post 65’-erfgoed vermeldt hierover: ‘Ze ogen niet massief doordat de hoeken open gelaten zijn en de laagste verdiepingen terug liggen vanaf de rooilijn. Ook de hoogte van de arcade draagt bij aan die openheid.’ Dit is, gezien de kritiek op de lange gesloten en ‘on-Haagse’ gevel van de Vaillantlaan, gemakkelijk als een kritiek daarop te lezen. Ook de typering van Het Klaverblad als een plan uit de ‘vroege stadsvernieuwing’ dat zich ‘naar binnen keert’ en ‘oude rooilijnen negeert’ suggereert dat de ‘Post 65’-inventarisatie ook impliciet op een waardering voorsorteert.

Fier overeind

De Vaillantlaan maakt geen deel uit van de inventarisatie. Voor de betrokkenen is het wellicht een geruststelling dat de inventarisatie ook aan andere beeldbepalende projecten in de wijk voorbijgaat, zoals het project Punt en Komma van de Portugese architect Alvaro Siza. Op zijn eigen website schrijft Adri Duivesteijn hoe Siza er in zijn ogen in slaagde in samenspraak met bewoners van verschillende culturele achtergronden woningen te ontwikkelen. ‘De woonblokken staan nog steeds fier overeind en onderscheiden zich in architectuur, ontsluiting en woningplattegronden,’ aldus Duivesteijn.

Het is ondoenlijk om de mengelmoes van architecturen in de Schilderswijk recht te doen door er slechts enkele projecten uit te lichten. De wijk is nu eenmaal een fascinerend toonbeeld van contrasterende architectonische en stedenbouwkundige opvattingen, vervlochten met een stadsvernieuwingspolitiek die in twee decennia evolueerde van een volkshuisvestingsmachine tot een zoektocht naar identiteit in een multiculturele wijk. Wie de verhalen leest, kan lering trekken uit de (on)mogelijkheden van de toepassing van architectuur als politiek middel. Maar een eensluidend oordeel valt niet te vellen.

Aanprijzing voor de Schilderswijk

Daarom geldt de aanduiding ‘Gebied waar door de vele vernieuwingen nog nauwelijks een stedelijk ensemble domineert’ als een regelrechte aanprijzing voor de Schilderwijk. De stadsvernieuwing pakte soms pijnlijk uit voor betrokkenen, wat des te meer betekent dat studie naar de architectuur en stedenbouw in de jaren 1965-1995 noodzakelijk is. De waardering is niet in architectuurtaal alleen te vatten, maar ligt besloten achter de gevels van deze on-Nederlandse, maar tegelijkertijd rasechte Haagse wijk.

Standaardportret
Bekijk meer van