Nieuw onderzoek door en voor jongeren uit de jeugdzorg

Het is een bekend probleem: jongeren uit de jeugdzorg worden achttien, maar vinden niet makkelijk hun weg naar andere zorg, of zelfstandigheid. Twaalf jongeren die het zelf meemaakten, onderzoeken hoe het beter kan.

Door

Sylvana (20) kwam in haar tienerjaren door een moeilijke thuissituatie terecht in de hulpverlening. Toen ze achttien werd, moest ze weg bij haar jeugdpsycholoog. “Ineens niet meer naar de persoon waar ik elke week alles aan vertelde. Ik kon wel naar een volwassenpsycholoog, maar dan moet je helemaal opnieuw beginnen. Zelfs de diagnose moest opnieuw.”

In de daklozenopvang van het Leger des Heils, waar ze later terechtkwam, kwam Sylvana veel meiden tegen die in een jeugdzorg-woonvoorziening zaten en op hun achttiende eruit werden gezet. “Je wordt achttien en dan is het, zwartwit gezegd: gefeliciteerd, hier heb je je spullen en tot ziens. Vaak hebben jongeren geen idee waar ze heen moeten, of ze nog recht hebben op hulp of ergens anders voor in aanmerking komen.”

“Achttien worden is niet hetzelfde als volwassen zijn, hoewel dat voor de wet wel zo is,” zegt Joy Falkena van het Straat Consulaat. Ze ziet vaak gebeuren dat jongeren uit de jeugdzorg in de problemen komen als ze achttien worden. “Vóór je achttiende zijn er zo veel mensen die zich met je bemoeien. En dan ineens is niemand meer verantwoordelijk voor je.”

Nicky (links) en Robin. Foto: Eveline van Egdom

Er verandert veel op die verjaardag. Om maar iets te noemen: je mag ineens contracten ondertekenen (‘the sky is dan vaak the limit’), je moet zelf een zorgverzekering regelen en betalen. En als je uit de jeugdzorg komt, mag je ineens zelf bepalen of je nog wel hulp wilt. Je bent volwassen en valt niet meer onder de jeugdwet, maar onder de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Daar gaat het vaak mis.

Onderzoek

Het probleem is bekend en er wordt door veel mensen gezocht naar een oplossing. Falkena is sceptisch: “De meeste onderzoeken zijn nu gericht op: o, ze zijn achttien geworden en toen ging het mis.”

Daarom heeft het Straat Consulaat samen met stichting Mara een eigen onderzoek opgezet waarbij jongeren voor langere tijd worden gevolgd. Twaalf jongeren die zelf een jeugdzorg of jeugd-ggz-verleden hebben, zijn opgeleid tot interviewers.

 

Als je praat met iemand die hetzelfde heeft meegemaakt, voer je een héél ander gesprek.
Joy Falkena (Straat Consulaat)

 

Sociaal onderzoeker Maarten Davelaar begeleidt het onderzoek en maakte samen met de jongeren hun vragenlijst tijdens de training. De twaalf onderzoekers gaan de komende twee jaar tenminste 48 jongeren uit jeugdzorginstellingen interviewen.

“Eerst als ze 17,5 zijn, dan als ze achttien zijn geworden, en nog een halfjaar daarna,” aldus Sylvana, een van de onderzoekers. Dat is het verschil met andere onderzoeken. “Zo loop je niet de hele tijd achter de feiten aan.”

Interviews

De centrale vraag is wat voor begeleiding de jongeren krijgen rond de o zo belangrijke verjaardag, en welke hulp ze zouden willen of nodig hebben. “De belevingswereld van de jongeren is het uitgangspunt,” legt Falkena uit. “Vandaar de opzet. Als je praat met iemand die hetzelfde heeft meegemaakt, voer je een héél ander gesprek.” Sylvana beaamt dit. Ze heeft al een aantal interviews gedaan. “Als je bij een volwassene zit, moet je toch schakelen. Zo van: hoe zeg ik dit?”

De jongeren die geïnterviewd worden, zitten bij instellingen als Jeugdformaat, Horizon, Schakenbos, het Leger des Heils en Youz. De focus van het onderzoek ligt op huisvesting, dagbesteding, financiën en het netwerk. Het wordt mede gefinancierd door de gemeente Den Haag.

Meer lezen? De volledige reportage staat in DHC van donderdag 6 juni 2019. Heeft u al een DHC-proefabonnement geprobeerd? U ontvangt tien kranten voor tien euro. Klik hier voor meer informatie.

Pasfoto Mieke
Bekijk meer van