Den Haag jaagt op afvaldumpers: ‘Overlast ligt vooral aan mensen zelf’

Dagelijks worden vuilniszakken en dozen in groten getale naast afvalcontainers gedumpt. Op stap met de ophaaldienst in Laak. “Ze maken ons voor van alles uit.”

Door

Het is nog vroeg in de ochtend als Danny zijn pick-up parkeert op het Pasteurplein, maar de meeuwen zijn hem voor. Met hun snavel pikken de vogels in de vuilniszakken die rond twee ondergrondse restafvalcontainers (ORAC’s) liggen. “Dit is zo’n plek waar je elke dag wel gedumpt afval kunt ophalen,” vertelt hij. Collega Shirley komt naast hem staan. Dit is een routineklus voor het tweetal van het Haags Werk Bedrijf (HWB). Met handschoenen aan nummeren ze de zakken, maken notities en fotograferen de plaats delict. Dan gooien ze de zakken en dozen in de achterbak van de pick-up. Pal naast de containers gebiedt een informatiebord in drie talen (Nederlands, Engels en Pools) geen afval naast de bakken te deponeren. Danny snuift. “Dat bord werkt niet, hoor.”

 

'Gemakzucht belangrijkste oorzaak van dumping'

 

Deze maandagmorgen gaat het duo eerst de hotspots af, daarna de rest van stadsdeel Laak. Aan hen de taak om de gedumpte zakken en dozen (‘bijplaatsingen’) weg te halen en te doorzoeken op sporen van de dumpers. Wie wordt gesnapt, moet betalen. Jaarlijks deelt de gemeente 3500 boetes uit voor afvaldumping. Dat lijkt veel, maar verbleekt bij de aantallen die de HWB-ploegen verwerken. In een gemiddelde maand plukken zij bijna 9000 zakken en 21.000 dozen van straat. Het stadsdeel Centrum spant de kroon, gevolgd door Escamp en Laak. En dan laten we de matrassen, planken en ander grofvuil nog buiten beschouwing. Die haalt de Haagse Milieu Services op.

Achteloos

Afvaloverlast is onderhand uitgegroeid tot volksergernis nummer één. In sommige wijken neemt het schrijnende vormen aan. Vuilniszakken worden achteloos gedumpt naast containers, ook al zitten die niet vol. Vooral het aantal dozen op straat is de afgelopen jaren geëxplodeerd. Over de schuldvraag wordt driftig gediscussieerd: ligt het aan de gemeente of aan de burger?

“Dit valt wel mee,” zegt Danny als we arriveren bij de ORAC’s in de Minckelersstraat. “Normaal kun je hier over de vuilniszakken kruipen.” Hij raapt een leeg kerstpakket op en slingert dat in de achterbak. Dan opent hij de kleppen van de containers. Beide bakken zitten bij lange na niet vol. Vraag het de man die dagelijks de rommel opruimt en hij weet wel wie hier de schuldige is. “Tuurlijk kan de gemeente dingen beter aanpakken, maar het ligt grotendeels aan de mensen zelf.” Dat is ook de indruk van Anniek van der Kraats. De rayonleider van het HWB beschouwt ‘gemakzucht’ als belangrijkste oorzaak van dumping. “Of mensen denken dat een container vol zit, omdat er een zak naast ligt.

Bijplaatsingen trekken meer bijplaatsingen aan.” Vandaar dat wethouder Hilbert Bredemeijer (CDA, buitenruimte) zijn pijlen richt op een kleine minderheid van ‘viespeuken’ die het vertikken om hun afval netjes te presenteren. ‘Wie niet horen wil, moet maar voelen’, was het motto waarmee hij voor de zomer hogere boetes aankondigde.

Meld-app

Aan maatregelen geen gebrek. In de begroting voor 2022 is geld vrijgemaakt voor een proef om het HWB ook op zondag te laten rijden. Ook gaat deze vrijdag de meld-app MyCleanCity online. Die maakt het bewoners makkelijker om afvaldumping rond containers te melden bij de gemeente, zorgt dat die melding automatisch bij de juiste afdeling terechtkomt en geeft de diensten een nauwkeuriger beeld van de situatie in de stad. Op meer fronten zet het stadsbestuur in op technologie. Zo komt er een experiment met cameratoezicht bij beruchte locaties. Ook worden alle 6700 ORAC’s dit jaar voorzien van sensoren die meten of de bak vol zit. Zo kan de gemeente ‘datagestuurd’ containers legen.

 

De dumpers hebben het door. ‘Ze worden slimmer’

 

Symptoombestrijding, menen sommige partijen in de gemeenteraad. Zij wijten de overlast niet zozeer aan ‘afvalhufters’, als wel aan structurele misstanden als overbewoning. “Mensen kunnen hun afval nergens kwijt, omdat ze met z’n veertigen als arbeidsmigranten op één etage wonen,” stelde Mariëlle Vavier, de nieuwe fractievoorzitter van GroenLinks, onlangs. Ook de Haagse Stadspartij vindt dat de afvalcrisis te veel wordt gereduceerd tot een mentaliteitskwestie.

In wijken als Laak en Transvaal speelt de grote populatie arbeidsmigranten zeker een rol. Op papier staan (veel) minder mensen ingeschreven dan er in de praktijk wonen. “Na zes maanden zijn ze weer weg,” zegt rayonleider Van der Kraats. “Die bereiken we niet.” Op stap in Laak stuiten we op veel energydrinks, bierblikken en sigarettenpakjes. Op menige verpakking staan cyrillische letters, vermoedelijk uit Bulgarije. “Ga met de huisjesmelkers praten,” oppert Danny. “Die moeten hun huurders uitleggen hoe het werkt.

Uitgekookt

“Kijk, we hebben er één!” In de Wenckebachstraat stuiten we op een afvallandschap van IKEA-dozen, blikjes, vuilniszakken, verfemmers en een jerrycan met onbestemde inhoud. Danny houdt een Bol.com-doos vast. Naam en adres staan erop; die krijgt een boete. De meeste dozen zijn niet voorzien van adresgegevens, of de dumpers zijn zo uitgekookt geweest die te wissen. Danny tilt een doos van een dierenwinkel op. Met een mes is het adres weggescheurd. “Ze doen wel de moeite om die sticker eraf te krijgen, maar niet om de doos op te vouwen,” zegt hij hoofdschuddend. Hun speuracties leverden vroeger meer adressen op. De dumpers hebben het door. “Ze worden slimmer.”

 

 

Danny staat alweer klaar voor de volgende rit. Nieuwe ronde, dezelfde zooi. 'Iemand moet het doen'

 

En brutaler. Staan ze een afvalberg te inspecteren, gooit een voorbijganger zonder te vragen een vuilniszak op de stapel. “Die doorzoek ik dan extra goed,” zegt Danny vinnig. Hun werk wordt ze niet altijd in dank afgenomen. “Het gebeurt meer dan eens dat boze bewoners dozen of zakken uit de handen van onze medewerkers rukken,” vertelt rayonleider Van der Kraats. “‘Wie ben jij om míjn zak te pakken’, roepen ze dan.” De agressie is dusdanig, dat het HWB-personeel onlangs weerbaarheidstraining heeft gehad. “Gekkenwerk,” zegt Danny, “maar het is nodig.” Discussies met boze omstanders gaat hij niet meer aan. “Voor je het weet, maken ze je voor van alles uit.”

Vuil werk

Terug op het HWB-terrein in de Binckhorst maakt het duo zich op voor het vuile werk. Ze binden een schort om en trekken hun handschoenen nog eens aan. Dan scheuren ze de vuilniszakken open en wroeten door de bierblikken en etensresten, op zoek naar bewijsmateriaal. De stank laat ook doorgewinterde medewerkers niet onberoerd. “Af en toe sta ook ik te kokhalzen,” vertelt Danny. “Het went nooit.” Bij de tweede zak heeft hij beet. Een vochtige telefoonrekening komt tevoorschijn.

Op kantoor neemt Shirley plaats achter de computer om een rapportage op te stellen. Vervolgens zullen de juristen op het stadhuis de kosten verhalen op de dumpers. “De overlast is steeds meer geworden,” vertelt Shirley, die dit werk al 25 jaar doet. Bij de deur staat Danny alweer klaar voor de volgende rit. Nieuwe ronde, dezelfde zooi. “Iemand moet het doen.”

 

Standaardportret
Bekijk meer van