150 miljoen voor renovatie Vredespaleis
De deuren van het Vredespaleis in Den Haag moeten weer (vaker) open gaan voor toeristen. Het kabinet heeft geld over en trekt 150 miljoen euro uit voor een opknapbeurt.
Een van de meest iconische plekken in de stad is nu maar een paar weekenden per jaar open voor publiek. Dat zou onder meer de gemeente graag anders zien, maar het Vredespaleis is al jaren in slechte staat. Zo is er op meerdere plekken asbest gevonden, hebben de dakgoten een beurt nodig en is de klimaatbeheersing dringend aan vervanging toe.
En de verlossing is nabij, nu het rijk met geld over de brug komt. Een deel van het renovatiebedrag (50 miljoen euro) staat gereserveerd in de ‘voorjaarsnota’ die minister Hoekstra van Financiën maandag naar de Tweede Kamer stuurde. De rest komt uit verschillende potjes van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Gesprekken over de opknapbeurt lopen al zeker drie jaar. Daarbij was ook de gemeente Den Haag betrokken. Maar het stadsbestuur hoeft vooralsnog financieel niet bij te dragen aan de werkzaamheden.
Carnegie
Het Vredespaleis werd geopend in 1913. Het kon mede dankzij een gift (1,5 miljoen dollar) van de Amerikaanse weldoener Andrew Carnegie worden gebouwd. Er waren op dat moment al twee vredesconferenties gehouden in Den Haag (1899 en 1907) waarin landen bijeenkwamen om te praten over de mogelijkheid van internationale rechtspraak. De deelnemers besloten het Permanente Hof van Arbitrage op te richten. Het Vredespaleis moest onderkomen bieden aan die instelling en was symbool voor de gedroomde wereldvrede. De grote en de kleine toren markeren de twee belangrijkste vertrekken in het paleis: de rechtszalen.
Het oorspronkelijke, later versoberde ontwerp voor het Vredespaleis, van de Franse architect Louis Marie Cordonnier.
Piet Hein Donner, Minister van Staat en tot voor kort vicepresident van de Raad van State, wordt verantwoordelijk voor de renovatie. Op 1 maart 2019 is hij benoemd tot bestuursvoorzitter van de Carnegiestichting, de beheerder en eigenaar van het paleis. De stichting heeft alleen niet de middelen om het pand op te knappen. De Nederlandse overheid is verantwoordelijk voor de instellingen die in het gebouw huizen, vandaar dat de portemonnee nu getrokken wordt. Het gebouw is bovendien een rijksmonument.
Wanneer de werkzaamheden in het Vredespaleis precies beginnen, moet nu met de Carnegiestichting worden afgesproken.
