‘De lange arm van Rabat strekt tot Den Haag’
Het is hét gesprek van de dag in Marokkaanse kringen: de demonstraties in het Rif-gebied tegen het gezag in Rabat. Nu de Marokkaanse politie tientallen activisten en protestleiders heeft opgepakt, gaan Haagse Marokkanen tweeduizend kilometer verderop de straat op. “De ambassade probeert de volksbeweging zwart te maken.”
“Midden in de nacht worden deuren ingetrapt. De politie houdt geen rekening met procedures, intimideert ouderen en kinderen en plundert huizen. Mensen spreken daar niet van arrestaties, maar van ontvoeringen.” Zonder adempauze praat Ahmed Essadki (59) over de situatie in de Rif, de regio in Noord-Marokko die hij als jongeman verruilde voor Den Haag. Ademloos en tegelijkertijd sereen, want behalve protestleider is Essadki ook dichter.
Met hem hebben zich zaterdag op de Koekamp voor het Centraal Station zo’n duizend Nederlanders van Marokkaanse komaf verzameld. Sommigen staan gewikkeld in Berberse vlaggen, anderen houden foto’s omhoog van politieke gevangenen. Hier en daar dartelen jonge kinderen door de menigte. Onvermoeibaar roepen de organisatoren zangerige kreten in de microfoon, die luidkeels worden herhaald door het aanwezige publiek.
Mohamed (28) uit Transvaal kijkt het van een afstandje aan. “Ik sta hier om steun te bieden aan onze broeders in Noord-Marokko die al maanden demonstreren voor scholen en ziekenhuizen.” Net als de rest heeft hij familie wonen in de Rif. Die is ongedeerd. “Maar vrienden van mijn familie zijn zonder reden aangehouden, alleen omdat ze demonstreerden.”
Achterstelling
Al ruim zeven maanden demonstreren Riffijnen in steden als Al Hoceima tegen achterstelling door de Marokkaanse regering. De druppel was de dood van de visser Mohsin Fikri, de ‘martelaar’ naar wie het organiserend comité van de manifestatie op de Koekamp is vernoemd. Twee weken geleden arresteerde de Marokkaanse politie de leiders van het Rif-protest, reden voor de diaspora om opnieuw de vlaggenstokken uit de kast te trekken. Middels demonstraties hoopt ze Europese regeringen ertoe te bewegen Marokko een diplomatieke tik op de vingers te geven.
De zaak leeft enorm in de gemeenschap, vertelt demonstrant Farid Aouled-Lakce (44) uit Wateringse Veld. “Je merkt het bij de slager, bij de kapper, op het schoolplein. Het is dagelijks onderwerp van gesprek.” In Haagse huiskamers worden de ontwikkelingen in de Rif via de televisie op de voet gevolgd. “De meerderheid van de Marokkanen hier steunt de volksbeweging,” stelt Essadki, lid van het organiserend comité. Niet verwonderlijk, als je bedenkt dat negen van de tien van Berberse komaf zijn, vaak met wortels in de Rif-regio.
Toch is er een kleine maar machtige groep die op handen is van de Marokkaanse regering, ziet Aouled-Lakce. “De lange arm van Rabat strekt tot de ambassade, de moskeeën, de banken – kortom, de instituties. Zij verspreiden valse speculaties: dat er in Marokko ‘fitna’ (chaos) dreigt zoals in Syrië. Dat als wij demonstranten op vakantie gaan naar Marokko, we bij aankomst worden aangehouden.”
Verklikkers
Regeringsgetrouwen pogen hier de Rif-protesten zwart te maken, meent ook Essadki. “Vijf vrienden van mij hebben een whatsappje ontvangen met het bericht dat wij per demonstratie 5000 euro betaald krijgen,” zegt hij met een ongelovige blik. “Vroeger had de regering hier Amicalen, dat waren verklikkers. Officieel bestaan die niet meer, maar ze zijn nog wel actief.” Bewijs voor de lange arm van Rabat zien de betogers in de oproep van een Amsterdamse imam om vooral niet te gaan demonstreren. Essadki: “Een deel van de moskeeën onderhoudt banden met de Marokkaanse regering. In Den Haag houden ze zich tot nu toe gelukkig neutraal; ze proberen het een beetje te negeren.”
In de menigte scharrelen opvallend veel bezoekers met hun telefoon in de hand om de manifestatie te filmen, soms met behulp van een selfiestick. Een van hen is oud-Hagenaar Ahmed Aynan (47). Zijn smartphone is uitgerust met een microfoon, inclusief plopkap. “Via Facebook probeer ik begrijpelijk te maken wat er aan de hand is.” Zowel in Marokko als hier spelen sociale media een cruciale rol, legt hij uit. “De Marokkaanse media in Nederland zijn in handen van Rabat. Die verspreiden propaganda en nepnieuws.”
Dus zoeken mensen zoals Aynan hun heil op sociale media. “De hele beweging valt of staat bij Facebook.” Hij knikt naar de protestmenigte, die zich opmaakt voor de mars richting de Marokkaanse ambassade in de Oranjestraat. “Een paar filmers zijn nu live. Dat wordt via Facebook bekeken in Marokko.”
Door Jeroen van Raalte
Nederlanders van Marokkaanse komaf demonstreren op de Koekamp voor het Centraal Station tegen het gezag in Rabat. | Foto: Thomas Vahé