Taxicentrales vrezen ‘jungle’ en willen betere handhaving
Taxichauffeurs storen zich aan de handhaving van de gemeente. Gebrek aan kennis en prioriteit bij boa’s leidt tot spanningen in de branche. “Het werkt nu zelfs tegen ons wanneer we de juiste papieren hebben.”
De Haagse taxicentrales TCH en HTMC zijn niet te spreken over het handhavingsbeleid van de gemeente. Ze zien dat chauffeurs zonder vergunning regelmatig gebruikmaken van de taxistandplaatsen. Ook wordt er weinig gecontroleerd, en als dat gebeurt, beboeten de handhavers taxichauffeurs met de juiste papieren, melden de bedrijven. “Wanneer chauffeurs zich aan de regels houden, worden zij alleen maar meer benadeeld. Het werkt nu zelfs tegen je als je de juiste papieren hebt,” stelt Ron Verdegem, bestuurslid van HTMC.
Sinds 2014 mag een taxichauffeur in Den Haag alleen mensen oppikken van een standplaats als deze is aangesloten bij een Toegelaten Taxi Organisatie (TTO). Een TTO moet aan kwaliteitseisen voldoen, zo moeten er onder meer protocollen zijn voor klachten, sancties, controles en normen en waarden. Welke chauffeurs zijn aangesloten bij een TTO is te zien aan de groen-gele kaart en een daklicht. Wanneer een taxichauffeur niet is aangesloten, maar wel actief is op de zogenaamde ‘opstapmarkt’, kan die worden beboet.
‘Illegale jongens’
Volgens TCH en HTMC gebeurt dat zelden tot nooit. Stefan Kraan, medewerker bij TCH, zegt dat de ‘illegale jongens’ nu alle ruimte krijgen om op de standplaatsen te staan. “Dat er weinig wordt gecontroleerd, is een slecht signaal. Het moet regelmatig gebeuren, als afschrikmiddel.”
De twee taxibedrijven merken ook dat handhavers vaak niet weten wat wel en niet illegaal is. Bestuurslid Verdegem schetst een voorval waarbij hij werd beboet. “Een tijdje terug ging ik met m’n daklicht in de Lange Houtstraat staan, waar je helemaal niet mag wachten. Een handhaver pikte me eruit en stuurde me weg. Vervolgens ging ik op dezelfde plek staan zonder daklicht en kwam er een andere handhaver naar me toe. Ik zei dat ik stond te wachten op een rit van Uber en ineens was het oké.”
“Bij handhavers is de kennis erg onvolledig,” vindt Kraan. “Zo is er een bepaalde periode waarin een chauffeur aaneengesloten mag rijden, dat wordt bijgehouden op een apparaatje in de taxi. Na die periode moet je dus verplicht rust nemen, maar je ziet dat niet iedereen dat weet.”
Dit heeft ook gevolgen voor de consument, die volgens Verdegem regelmatig de hoofdprijs betaalt “Laatst stond ik achter twee taxi’s te wachten op een rit. Een groepje liep naar één van de auto’s toe, daarna naar de chauffeur erachter en zij eindigden bij mij. Ze vroegen hoeveel het kostte om naar Voorschoten te rijden. ‘Vijftig euro,’ zei ik. Ze gingen direct akkoord en stapten in. Onderweg vroeg ik hoeveel de rest vroeg. De eerste wilde er 180 euro voor hebben, de tweede 130.”
Deeltaak
Eerder beschikte de gemeente over speciale taxihandhavers. In 2014 waren dat er zes, in 2019, het laatst gemeten jaar nog maar drie. Inmiddels zijn er geen aparte teams meer, vertelt een gemeentewoordvoerder. “We zijn overgestapt op integrale handhaving, daardoor is handhaving van taxi’s een deeltaak geworden. Er zijn niet zozeer handhavers verdwenen voor deze taak, we zijn anders gaan controleren, zodat we sneller kunnen reageren op escalerende situaties.”
De huidige manier van handhaven gaat in tegen het advies van bureau Rebel. In opdracht van de gemeente controleerde Rebel in 2019 hoe de handhaving van de taxiverordening verliep. Het adviesbureau zag toen dat een gebrek aan kennis bij Haagse handhavers voor problemen zorgde. Zo controleerden boa’s destijds op het normen- en waardenprotocol, wat niet de bedoeling is. Rebel raadde aan om een aantal handhavers specifiek het taxibeleid te laten controleren, in plaats van er een deeltaak van te maken.
Als je blijft afwachten, kan dit uiteindelijk tot vechtpartijen leiden
Volgens D66-raadslid Peter Mekers, die eerder raadsvragen stelde over de Haagse taxiverordening, is het een kwestie van prioriteiten stellen. “Als je controles onderbrengt bij een groter handhavingsteam, is er minder aandacht voor het taxibeleid. De aandacht is daar dus verslapt vanuit het stadhuis, dat zie je terug in de contacten tussen de Stichting Taxibelang Haaglanden (STH, red.) en de gemeente.”
Dat bevestigt Pieter Jan Biesheuvel, voorzitter van de STH, die de Toegelaten Taxi Organisaties vertegenwoordigt. “Een tijdlang hadden we een contactpersoon bij de gemeente. Nu is de situatie minder duidelijk; een van de hoofden van de betrokken afdelingen is wel aanspreekbaar, maar er is geen vaste taxi-ambtenaar.” Volgens Biesheuvel was het samenspel tussen de gemeente, de politie en de STH eerder heel goed. “Als de chauffeurs zich aan de regels houden en de gemeente en de politie goed controleren, is er niks aan de hand. Loopt dat stuk, dan wordt het een jungle.”
Excessen
De gemeente wacht nu op een evaluatie van de huidige wetgeving om de taxiverordening aan te passen. ‘Een aanpassing van de wet duurt nog wel enkele jaren. In de tussentijd wordt, gelet op de beperkte handhavingscapaciteit, handhavend opgetreden op basis van meldingen en excessen,’ aldus B en W eerder in antwoord op vragen van Hart voor Den Haag.
Vincent Thepass, raadslid voor GroenLinks, begrijpt dat de schaarse handhavingscapaciteit de situatie compliceert, maar vindt wel dat er moet worden ingegrepen. “Voorkomen is beter dan genezen, als je blijft afwachten, kan dit uiteindelijk tot vechtpartijen leiden. Diverse chauffeurs hebben aan mij verteld dat die angst al speelt. Dat is heel erg, en als je dat uiteindelijk moet oplossen, ben je nog veel meer handhavingscapaciteit kwijt.”