Rechter: sluiting horeca houdt stand
Het kabinet hoeft de sluiting van de horeca niet terug te draaien. Tientallen ondernemers vochten de maatregel dinsdag aan in een kort geding bij de Haagse rechtbank.
Dinsdagmiddag wees de rechtbank de vordering van de horecaondernemers af. Een uitwerking van het vonnis volgt binnen twee weken.
De zaak was aangespannen door Michael Meeuwisse, eigenaar van bodega De Posthoorn op het Lange Voorhout. In enkele dagen tijd sloten 67 andere horecaondernemers uit het land zich aan. “Dat had het dubbele kunnen zijn, maar er was niet genoeg tijd,” zei zijn advocaat Simon van Zijll dinsdagochtend tijdens de zitting.
Volgens de ondernemers is de sluiting van alle horeca ‘rucksichtslos’, ‘willekeurig’ en ‘disproportioneel’. Hun advocaat stelt dat het aandeel van de horeca in de verspreiding van het coronavirus ‘gering’ is. “Ook na de sluiting zal het virus er zijn. Wat wel verdwijnt, is een groot deel van de mooie horecazaken die Nederland rijk is.”
De staat heeft bezuinigd op zorg. De horeca mag de klappen opvangen
Terwijl restaurants en cafés allerhande voorzorgsmaatregelen hebben genomen, blijft het kabinet in gebreke, aldus de raadsman. “Waar zijn de extra handen aan de bedden, de noodhospitalen? Het tekort heeft de overheid zelf veroorzaakt, door te bezuinigen op de zorg. De horeca mag nu de klappen opvangen.” De horecaondernemers hadden hoop geput uit een zaak in Berlijn. Daar zette de rechter onlangs een streep door een vervroegde sluiting van elf cafés.
Zwaarbelaste zorg
De vertegenwoordiging van de staat hamerde op de oplopende besmettingen, ziekenhuisopnames en de zwaarbelaste zorg. “We zitten midden in de tweede golf, en die zwelt vooralsnog aan,” zei landsadvocaat Reimer Veldhuis. Hij verwees naar omringende Europese landen, die inmiddels ook ingrijpende maatregelen hebben genomen na een opleving van het virus.
Uitstel van normale zorg leidt tot groot leed, hebben we dit voorjaar geleerd
Volgens het kabinet is de horecasluiting noodzakelijk om het aantal ontmoetingen en reisbewegingen, en daarmee besmettingen, de kop in te drukken. Anders stort de zorg in, schetste Veldhuis. “Nu al moet veel normale zorg worden uitgesteld. Dat leidt tot groot leed, hebben we dit voorjaar geleerd.” Het gaat om een ‘breed pallet’ aan maatregelen, aldus de advocaat, die niet alleen de horeca treffen.
OMT-advies
Twistpunt was het advies van het Outbreak Management Team (OMT). Dat expertcollectief pleitte vorige week voor een sluiting van (eet)cafés, maar suggereerde dat het kabinet zou onderzoeken of restaurants onder voorwaarden kunnen openblijven. “Het is de staat die de experts negeert,” poneerde Van Zijll. De staat bestreed die lezing. “De kern van het advies was dat het kabinet meer generieke maatregelen moest nemen,” aldus Veldhuis. “Het OMT heeft slechts geadviseerd om onderzoek te doen.”
Ook betwistte de staat het argument dat de horeca een marginale rol in de virusverspreiding zou spelen. “De clusters van besmettingen zijn gemiddeld groter in de horeca dan elders. Horecapersoneel is relatief vaker besmet. Veruit de meeste besmettingen vinden inderdaad thuis plaats, maar de kernvraag is: hoe komen die besmettingen het huis binnen?”
De overheid sluit een gecontroleerde omgeving heeft liever dat mensen thuis op de bank bij elkaar komen
De betrokken ondernemers zijn ten einde raad. “Horecazaken hebben goede afzuiging. Het verbaast me dat de overheid deze gecontroleerde omgeving sluit en liever heeft dat mensen thuis op de bank bij elkaar komen,” sprak De Posthoorn-eigenaar Meeuwisse tegen het eind van de zitting. Hij benadrukte dat hij ‘technisch failliet’ is en dat de overheidssteun zeker niet toereikend is om horecaondernemers zoals hij van de ondergang te redden.
Dit artikel is dinsdagmiddag geüpdatet met de uitkomst van het kort geding.