Waarom Mira Feticu geen rekening bij de ING mocht openen
‘U bent niet vriendelijk,’ zei hij
Ik zal nooit een bankrekening openen bij de ING. Zeker niet bij het filiaal aan het Spui in Den Haag, waar ik pas werd weggestuurd, ondanks de een week eerder op hun advies gemaakte afspraak. (‘Dat bespaart tijd.’) Ik had mijn lunchpauze speciaal later genomen om stipt om 14.30 uur bij de bank te kunnen zijn. Dat het daar bijzonder druk was, schrikte me niet af, ik had een afspraak. Dat probeerde ik ook een medewerker duidelijk te maken. Tevergeefs. Met z’n tweeën probeerden ze alle mensen naar de balies te dirigeren.
Ik zei nog maar eens dat ik een afspraak had, er waren al vijf minuten verstreken en er verstreken er nog vijf. ‘Waarom moest ik een afspraak maken als ik niet geholpen word?’, vroeg ik. Of ik wilde gaan zitten. O jee, nog meer tijd! De zogenaamde gastvrouw ging naar de medewerkster met wie ik de afspraak had, maar die was juist foto’s aan het bekijken op de telefoons van de drie vrouwen bij haar balie. Gezellig! Toen werd ik naar de enige mannelijke medewerker van deze maandag gestuurd, de held van dit verhaal. ‘U bent niet vriendelijk,’ zei hij en hij keek me diep in de ogen. ‘Ik wil u niet helpen.’
Vriendelijker
Ik moest denken aan oude collega’s en aan mezelf in de tijd dat ik met mensen werkte die liever hun lippen kapotbeten dan dat ze iemand, wie dan ook, weigerden te helpen. Andere instellingen, niet de ING. ‘Ik zal vriendelijker proberen te doen,’ zei ik, hoewel ik me enorm ongemakkelijk voelde.
Ik vrees dat ik eerder door Sinterklaas zal worden teruggebeld dan door de ING.
Ik overhandigde de meneer die mij niet wilde helpen mijn identiteitsbewijs en glimlachte. Hij liep ermee naar de scanner, fluisterde iets in het oor van een collega, die zich naar mij draaide, en bleef bij de scanner lang en streng naar me kijken, zo lang dat ik mijn blik bijna moest afwenden. Ik voelde me echt ongemakkelijk en begon al een beetje te trillen.
‘Waarom wilt u een bankrekening openen?’, vroeg hij, nadat hij me nog eens diep en streng in de ogen had gekeken.
‘Dat is persoonlijk,’ zei ik zacht.
‘Wat?’
‘Persoonlijk. Ik heb ook een rekening bij een andere bank, ik wil graag een rekening bij de ING.’
Hij gooide mijn identiteitsbewijs op de balie en keek weer zo diep: ‘Ik wil je niet helpen.’ ‘Dat kan niet,’ zei ik, en nog iets, maar ik weet niet meer wat, iets in de trant van: ‘U moet toch iedereen helpen?’ Dat hielp ook niet.
Ik stond op en vroeg de beveiliger waar de manager was. Er was geen manager.
Die middag heb ik via het centrale telefoonnummer een klacht ingediend, maar ik vrees dat ik eerder door Sinterklaas zal worden teruggebeld dan door de ING.