Haagse Vogelbescherming bestaat 100 jaar: strijden voor tjifjafs, wulpen en ijsvogels

De Haagse Vogelbescherming viert dit jaar haar honderdjarig jubileum. Terwijl de natuur achteruitholt, blijft de vogelvereniging onverstoorbaar tellen, rustplaatsen bouwen en dieren verzorgen. “Als een stukje groen dreigt te verdwijnen, zitten we er bovenop.”

Door

“Kijk daar, in die treurbeuk, vlak naast de rustplaats voor torenvalken. In die rij bomen ernaast zit een buizerd, zie je ’m?” Foeke Zeilstra (72) wijst in de verte. Vervolgens wandelt hij verder over het pad van landgoed Oosterbeek, een natuurgebied dat grenst aan landgoed Clingendael. Dan houdt hij weer even halt en steekt hij zijn vinger op. “Hoor je dat? Dat is een groene specht, ook wel de lachende specht genoemd.”

Zeilstra is de voorzitter van de Haagse Vogelbescherming, die dit jaar haar honderdste verjaardag viert. Samen met erelid Boudewijn Schreiner (76) leidt hij rond op Oosterbeek en Clingendael, waar de vereniging vogelrustgebieden beheert. Een zonnige lenteochtend als deze, begin april, is ‘de ideale tijd’ om vogels te kijken, zegt Zeilstra. “Veel soorten keren terug uit het warme zuiden en er zitten nog geen bladeren aan de bomen, dus je kunt ze goed zien.”

Relatieve groei

Het zonnige voorjaar en het vrolijke gekwetter kunnen niet verhullen dat het slecht gaat met vogels in Nederland. In 2024 becijferde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) weliswaar dat de populatie broedvogels in 2023 met 28 procent was toegenomen ten opzichte van 1990, maar Vogelbescherming Nederland noemde die groei relatief, omdat vóór 1990 al een ‘dramatische afname’ waarneembaar was. Boerenlandvogels hebben het bovendien ronduit zwaar, hun aantal nam in de genoemde periode met 45 procent af. In de stad zijn er meer water- en moerrasvogelsoorten, maar minder die leven in parken, bossen en stadsgroen. De Haagse vogelstand loopt min of meer gelijk met de landelijke trends, blijkt uit eigen metingen van de Vogelbescherming.

 

Vroeger hoorde je overal wulpen en veldleeuweriken, nu is het stil
Boudewijn Schreiner, erelid Haagse Vogelbescherming

 

Boudewijn Schreiner groeide op vlak bij de duinen en ‘keek van kinds af aan naar vogeltjes en de natuur’. “We hebben in al die jaren van veel soorten afscheid moeten nemen in Nederland. Vroeger hoorde je overal wulpen en veldleeuweriken, nu is het stil.” In het bijzonder vogels die insecten eten hebben het zwaar in Nederland, simpelweg omdat in de bodem minder insecten te vinden zijn. Schreiner: “Tast eens in je herinnering. Als je vroeger met de auto een ritje maakte door het land, zat je voorruit vol met beestjes. Dat is niet meer.”

Toch is hij ‘redelijk positief’ gestemd. “Bepaalde soorten komen minder voor, maar we hebben er andere bij gekregen, zoals de nijlgans.” Zeilstra: “En de spechten, ijsvogels en boomvalken zijn voorzichtig aan het opkomen.” Schreiner: “Met de torenvalk gaat het dan weer niet zo best.”

IJsvogels

De Haagse Vogelbescherming heeft zo’n 1100 leden en zet zich in om in het wild levende vogels en hun leefgebieden te beschermen. Dat doet ze onder meer door te inventariseren welke soorten er broeden, nestkasten op te hangen en vogelrustgebieden in te richten en te beheren. Zo staan in het bos bij Oosterbeek kasten voor bosuilen en zijn er verschillende rust- en broedplaatsen, zoals ijsvogelbroedwanden, houten stellages half in het water. Schreiner: “De ijsvogel is prachtig, ik heb hem een paar weken geleden nog zien vliegen.”

 

De truc is: hoe houd je mensen en honden buiten, zodat vogels een veilig plekje hebben?
Foeke Zeilstra, voorzitter Haagse Vogelbescherming

 

De Vogelbescherming bestaat voor een deel uit ‘veldmensen, die in schuiltentjes vogels liggen te observeren en te tellen’, zegt Zeilstra, maar zorg is ook een belangrijk onderdeel van het werk. Bij vogelopvang De Wulp worden jaarlijks duizenden zieke of gewonde vogels verpleegd. “Daarvan geneest iets meer dan de helft, die kunnen dan weer terug de natuur in.”

ijsvogel Den Haag

Een ijsvogel bij de broedwand op de Stadskwekerij. Foto: Boudewijn Schreiner

De heren volgen het wandelpad dat afbuigt richting Clingendael, langs een in de verte met een hek afgeschermd gebied. “Beheer is vaak zo min mogelijk doen,” legt Zeilstra uit. “De truc is: hoe houd je mensen en honden buiten, zodat vogels een veilig plekje hebben? Meer mensen betekent ook meer druk op de natuur, vandaar ons appel om nog veel meer vogelrustgebieden in te richten.” Beter voor vogels en beter voor de gehele natuur, precies wat de bedoeling is, zegt Zeilstra. “Of je nu botanicus bent, houdt van vlinders of je, zoals wij, inzet voor de vogels: uiteindelijk draait het allemaal om de kwaliteit van de natuur.”

Hipsterhobby

Tijdens de coronapandemie nam vogelkijken ineens een vlucht en nog steeds is vogelen populairder dan voorheen. Uit cijfers die persbureau ANP opvroeg bij Waarneming.nl, een online natuurplatform, bleek dat in 2024 6,7 miljoen vogels werden gespot, ten opzichte van 4,7 miljoen in 2019. Internationale media repten al van vogelen als de nieuwe ‘hipster- en millennialhobby’ en de Universiteit van Amsterdam biedt sinds kort het vak ‘vogelspotten’ aan, waarvoor het afgelopen semester een wachtlijst was, schrijft universiteitsmagazine Folia.

 

Jongeren hebben allerlei dingen die ze leuk vinden, vogelen komt meestal niet op de eerste plaats
Boudewijn Schreiner, erelid Haagse Vogelbescherming

 

Van toegenomen interesse onder jongeren merkt de Haagse Vogelbescherming echter niet veel. Met cursussen en excursies proberen ze wel enthousiasme te kweken, zegt Schreiner, maar dat is ‘heel lastig’. “Jongeren hebben allerlei dingen die ze leuk vinden, vogelen komt meestal niet op de eerste plaats. Terwijl zij straks gaan bepalen hoe de wereld eruit komt te zien.” Zeilstra: “Maar hoe houd je ze weg bij die TikTok-ellende, hè? Den Haag is met de zee, mooie parken en polders een ideale vogelstad, maar die verslavende beeldschermen… Dat houdt me wel bezig.”

Zeilstra spitst nog eens de oren. “Hoor ik daar de tjiftjaf?” Schreiner knikt en vervolgt: “Op wereldniveau heeft het natuurlijk weinig invloed wat we doen, maar lokaal kun je wel degelijk iets voor elkaar krijgen. Je weet wat er speelt; als er stukjes groen dreigen te verdwijnen, zitten we erbovenop.” De vogelbeschermers werken dikwijls samen met de gemeente, die ook enkele taken aan de vereniging heeft uitbesteed, zoals het ophangen van nestkasten. De relatie met ‘de groenmensen’ is ‘sterk verbeterd’, zegt Zeilstra. Schreiner: “In het verleden deed de gemeente maar wat, maar we hebben nu een zeer redelijk stadsbestuur. En wij moeten ook oppassen dat we niet te drammerig worden; er zijn zoveel mensen die allerlei dingen willen, daar moet een balans in zijn.”

Takkenrillen

De heren stappen op de fiets en zetten koers richting de duinen. Op een stukje groen op de Else Mauhslaan, ingeklemd tussen de Haagsche Rugby Club en de Landscheidingsweg, stappen ze af. Het ongetrainde oog ziet het niet direct, maar, wijst Zeilstra, dat zijn takkenrillen: stapels gevlochten dood hout waarin planten kunnen groeien. Samen met een rij doornige struiken vormen die een natuurlijke afscheiding waarachter vogels veilig kunnen overwinteren. “Werkt net zo goed als een hek,” zegt Zeilstra. Glimlachend: “En het is gemakkelijker, want in een straal van honderd meter wonen hier zeker tien slimme juristen die de bouw van een fors hek vast niet zien zitten.” De vogelbeschermers hopen dat de nachtegaal hier terugkeert.

De Haagse Vogelbescherming wil de komende jaren meer van dit soort rustgebieden creëren. “Hoe meer biotoopjes, hoe meer soorten,” zegt Schreiner. Hij tuurt naar de grond. “Roodborsten en winterkoninkjes scharrelen hier wel rond.” Een voorbijwandelende dame, broodje kaas in de hand, vangt de vogelpraat op en houdt even halt. “Mooi hè, al die spechten hier?” Zeker, beaamt Zeilstra. “En we gaan het nog veel mooier maken.”

Op zondag 27 april organiseert de Haagse Vogelbescherming vogelwandelingen in Clingendael en Oosterbeek. Meer informatie en aanmelden via: www.haagsevogels.nl of excursieshvb@haagsevogels.nl

De redactie biedt u dit verhaal gratis aan. Meer Haagse verhalen? Neem een (proef)abonnement op weekkrant Den Haag Centraal. Elke donderdag in de bus. De krant is ook verkrijgbaar bij onze verkooppunten

Standaardportret
Bekijk meer van