Stad wil meer deelvoertuigen: duizend bakfietsen en nieuwe hubs

Je ziet ze al overal, maar als het aan het stadsbestuur ligt, groeit het aantal deelvoertuigen de komende jaren nog verder. Vooral het aantal (elektrische) deelbakfietsen moet flink toenemen. Voor deelscooters komen scherpere voorwaarden, maar daarover zijn aanbieders niet enthousiast.

Door

De wens van de gemeente om meer in te zetten op betaalbare deelvoertuigen past bij de huidige tijd en is in de ogen van de verantwoordelijk wethouder onvermijdelijk voor de groei van de stad. Arjen Kapteijns (GroenLinks) vergelijkt het met zijn oude verzameling cd’s. “Die spaarde ik vroeger. Nu ligt mijn verzameling boven op zolder. Wie ze wil, mag ze ophalen, want ik doe er niks meer mee. De muziek luister ik tegenwoordig via Spotify,” vertelt hij. “Zo is het ook met mobiliteit. We moeten van bezit naar gebruik.”

Een belangrijke verandering die nodig is volgens de wethouder, omdat Den Haag enorm gaat groeien. “We moeten slimmer omgaan met onze openbare ruimte. Veel mensen hebben een auto die het grootste deel van de dag stilstaat, terwijl die wel ruimte in beslag neemt.” Hij wil Hagenaars stimuleren om vaker gebruik te maken van deelvoertuigen.

Vakantierit

In de nieuwe strategie voor deelmobiliteit zijn meerdere maatregelen gepresenteerd die hiervoor moeten zorgen. Zo worden deelvoertuigen door de gemeente nog meer gepromoot en wordt het makkelijker gemaakt om subsidie aan te vragen. In totaal is er jaarlijks twee miljoen euro beschikbaar voor deze overgang, onder meer door geld van het rijk.

Een subsidie kun je bijvoorbeeld krijgen als je met andere bewoners een coöperatie begint. In het Bezuidenhout hebben zich al meer dan 100 buren aangesloten bij zo’n coöperatie, die luistert naar de naam ‘Bezuidenhout DEELt’. Bewoners kunnen de auto’s op verschillende manieren gebruiken. Bijvoorbeeld voor een dag in de week, of voor een vakantierit.

 

Het voordeel van een hub is dat de kans groter is dat er een voertuig staat dat je kunt gebruiken
wethouder Arjen Kapteijns (GroenLinks, energietransitie)

 

Het gebruiken van een deelauto wordt dus gestimuleerd, maar nog liever ziet Kapteijns de elektrische deelbakfiets. “Die vervangt namelijk de auto voor korte ritjes,” legt hij uit. Zelf heeft hij er al een keer mee geëxperimenteerd en hij is enthousiast. “Door de trapondersteuning kost het nauwelijks kracht om vooruit te komen. Alleen hebben niet veel mensen hier ervaring mee.”

Daarom wil hij het voertuig beter aan de man brengen met campagnes en promoties. Nu zijn het er nog maar 160 in Den Haag, maar het aantal bakfietsen moet vóór 2030 groeien naar minimaal 1000.

Hubs

Al deze voertuigen zijn straks te vinden in zogenaamde hubs. Ook die wil de gemeente stimuleren. Hubs zijn parkeerplekken waar je niet alleen deelauto’s vindt, maar ook deelfietsen en deelscooters. Alle deelvoertuigen komen er bij elkaar.

Daarvoor moeten traditionele parkeerplekken voor auto’s wel wijken, geeft Kapteijns toe. “Maar het voordeel van een hub is dat de kans groter is dat er een voertuig staat dat je kunt gebruiken.” Deze hubs komen bijvoorbeeld in het centrum bij het Plein, het Buitenhof of de Plaats.

Dit soort hubs zijn overigens niet hetzelfde als de scooterplekken op Scheveningen. Die werken op basis van het GPS-signaal. Zo staat er als het ware een digitaal hek om de plek waar je de scooter mag neerzetten. ‘Geo-fancing’ heet dit. Echt anders dan een hub, want daar komen verschillende soorten deelvoertuigen bij elkaar.

Op termijn moeten de hubs ervoor zorgen dat je niet zomaar je scooter op straat kunt laten slingeren (‘freefloating’). In drukke gebieden of in straten met kleine stoepen wordt dat verboden.

 

We zien dat mensen onze scooters alleen pakken als ze op minder dan tweehonderd meter geparkeerd staan
een woordvoerder van Felyx

 

Bij aanbieder Felyx, die donkergroene scooters in de stad verhuurt, springen ze niet bepaald een gat in de lucht bij het idee van hubs. “Het werkt niet altijd. We zien dat gebruikers dit soort hubs vaak niet weten te vinden. Bovendien zien we dat mensen onze scooters alleen pakken als ze op minder dan tweehonderd meter geparkeerd staan,” vertelt een woordvoerder. “Hubs moeten duidelijk worden aangegeven door middel van een bord of belijning. Dat kan op fysieke bestemmingen zoals een station of een winkelcentrum.” Bij de aanbieder van de donkergroene scooters zouden ze liever zien dat er vaste parkeerplekken komen voor hun scooters.

Check staat positief tegenover het idee, maar het mag wat de aanbieder van de wit-paarse scooters betreft niet ten koste gaan van freefloating. “Voor een rendabel product is het noodzakelijk om beide te hebben,” aldus een woordvoerder. Ook bij Felyx wil men niet af van freefloating.

 

Maximumaantal

Ondanks de bezwaren wil Felyx graag meer deelscooters neerzetten in Den Haag. “Het is de derde stad van Nederland. Hier worden veel ritten gemaakt. In de zomer zijn dat vooral ritjes naar het strand,” zegt de woordvoerder. Ze zouden dan ook graag uitbreiden, maar er geldt een maximumaantal scooters dat ze in Den Haag kwijt mogen.

Er mogen meningsverschillen zijn, de aanbieders en de gemeente hebben elkaar wel nodig, want om te bepalen wat de beste plekken zijn voor de hubs, wil de gemeente data van de aanbieders hebben. “Dat gaat overigens binnen de kaders van de wet,” verzekert Kapteijns, die de data ook wil gebruiken om te leren van de nieuwste ontwikkelingen.

Meer bakfietsen, parkeerplaatsen die hubs worden en iedere straat een deelauto. Het is de toekomst van de stad. “Maar,” benadrukt Kapteijns “wie een auto nodig heeft om dagelijks naar het werk te rijden, kan dat blijven doen.”

Standaardportret
Bekijk meer van