Analyse uitslag: na bedroevende opkomst blijft veel bij het oude

De kiezer heeft gesproken, maar bleef vooral thuis. De Hagenaars die wel gingen stemmen, hebben geen wezenlijke signalen afgegeven.

Door

Bleef na een verkiezing ooit zoveel bij het oude? Op een enkele uitschieter omhoog (D66) en omlaag (Haagse Stadspartij) na, zijn de verhoudingen op het stadhuis min of meer hetzelfde. Hoe anders was dat met de revolte van Richard de Mos vier jaar geleden, toen Hart voor Den Haag/Groep de Mos vijf zetels won, de PVV decimeerde, de PvdA en Haagse Stadspartij halveerden, GroenLinks en de Partij voor de Dieren verdubbelden en ook de VVD er drie zetels op vooruitging.

Nu is van een aardverschuiving geen sprake, nog geen beving op de schaal van Richard. Hart voor Den Haag blijft de grootste, maar lijkt door het cordon sanitaire van D66 en GroenLinks, die niet met De Mos in zee willen zolang hij verdachte is in een strafzaak, veroordeeld tot de oppositie. Of de VVD moet D66-leider Robert van Asten tot inkeer dwingen.

Als er al een omwenteling heeft plaatsgevonden, dan in de opkomst. Slechts 43 procent van de stemgerechtigden heeft gestemd, of beter gezegd: 57 procent deed dat niet. In de afgelopen vijftig jaar was de opkomst bij de Haagse gemeenteraadsverkiezingen niet zo laag. Het waarom, dat is voer voor sociologen. Getuige de vele onderzoeken en de uitslag laat het zich raden dat vooral kiezers op het ‘veen’ de stembusgang hebben overgeslagen.

Eenpitters op de flanken

Hun afwezigheid wordt gevoeld door partijen als Denk en de PVV, die onmogelijk tevreden kunnen zijn met de uitslag. Zeker Denk heeft de potentie om een nieuwe machtsfactor op het stadhuis te worden. De achterban is nu weliswaar verenigd in één partij, maar die moet het stellen met slechts twee zetels. Met de PVV, ooit de tweede partij van de stad, nu gereduceerd tot eenmansfractie, worden de flanken bezet door eenpitters. Links de Haagse Stadspartij en de SP, uiterst rechts de PVV en Forum voor Democratie.

 

Soms leek het wel of Hart voor Den Haag in z’n eentje campagne voerde

 

Anders dan bij de kiezer leeft de urgentie van het stemmen wel bij de partijen zelf. Ze pompten 60.000 euro in Facebook-advertenties (CDA en Hart voor Den Haag waren goed voor de helft van dat bedrag), lieten bushokjes volhangen met hoofden van lijsttrekkers en gingen ouderwets langs deuren en markten. Ze namen deel aan talloze debatjes, hadden hun ludieke campagnestunts en deden hun verhaal in kranten, op de radio en op tv. Het resultaat van deze inspanningen is een statische verkiezingsuitslag, waaraan een groot deel van het electoraat niet heeft willen bijdragen.

En eerlijk gezegd, soms leek het wel of Hart voor Den Haag in z’n eentje campagne voerde, zo dominant was de partij op straat, in reclamespotjes, in de advertentiekolommen van de huis-aan-huisbladen, op sociale media en zelfs op datingapp Tinder. Telkens de aandacht opeisend met stunts (het feestnummer ‘De Mos Gestemd’) en verrassingen (Rita Verdonk op twee). Met naar eigen zeggen een ton aan budget kun je ook wat, en laat campagne voeren maar over aan De Mos en co. Toch heeft het niet de gehoopte ‘landslide’ gebracht. Zat de slepende corruptiezaak in de weg? Is met alle joligheid de politieke boodschap naar de achtergrond verschoven? Of heeft de lage opkomst De Mos genekt?

Groeiende tegenstelling

De progressieve kiezer heeft het in elk geval niet laten afweten. D66 kreeg eenzelfde deel van de stemmen als acht jaar geleden, toen de partij de grootste werd. Ook GroenLinks handhaaft de vijf zetels waarmee ze vorige keer wist te verrassen. Hun afwijzing van Hart voor Den Haag past in de groeiende tegenstelling tussen anti-establishment en anti-populisme, een ontwikkeling die Den Haag overstijgt. In te stad zijn de klassieke drie (VVD, CDA en PvdA) allang niet meer soeverein. Acht jaar geleden was het ook al D66 één, PVV twee.

 

De uitslag is misschien een triomf van het midden, maar niet van de ‘stille meerderheid’

 

Toch opvallend is dat een andere landelijke trend, de opmars van de lokale partijen, zich niet vertaalt in de Haagse uitslag. Natuurlijk, De Mos krijgt er een zeteltje bij, maar kijk eens naar de decimering van de Haagse Stadspartij. Acht jaar geleden schopte de partij van afzwaaiend oprichter Joris Wijsmuller het nog tot vijf zetels en een plek in de coalitie, nu moet opvolger Fatima Faïd het als eenpitter zien te rooien. Goede kans dat een deel van de kiezers is overgestapt op de Partij voor de Dieren, wier groei onverminderd doorzet.

De middenpartijen kunnen tevreden zijn. De coalitie houdt in zetels niet alleen stand, maar groeit zelfs (in de gedaante van D66). Optimisten zien hierin een aanmoediging om door te gaan op de ingeslagen weg. De verkiezingsuitslag is misschien een triomf van het midden, maar niet van de ‘stille meerderheid’. Daarvoor hebben domweg te weinig mensen gestemd.

Standaardportret
Bekijk meer van