DHC Commentaar: Politiek bedrijven volgens Guernaoui

Het nieuwe college van B en W moet in de gemeenteraad verantwoording afleggen over de voorgenomen verkoop van de Eneco-aandelen, vindt hoofdredacteur Herman Rosenberg.

Door

HET NIEUWE COLLEGE van B en W komt politiek gezien traag uit de startblokken. Zo ongeveer het enige dat tot nu toe goed liep, was de installatie van de wethouders. Sindsdien is het mis tussen het dagelijks bestuur van de stad en een flink deel van de gemeenteraad. Eerst was er het moeizame debat over het collegeakkoord met de onderhandelaars van de nieuwe collegepartijen en in het bijzonder Richard de Mos. Er kwam te weinig uitleg, de oppositie voelde zich ‘geschoffeerd’.

DONDERDAG 28 JUNI ontspoorde er opnieuw een debat. Deze keer was het niet De Mos, maar partijgenoot en medewethouder Rachid Guernaoui die de woede van de oppositie (en ergernis van de coalitie) over zich afriep. Hij bleef maar volhouden dat een eerder negatief raadsbesluit over de verkoop van de Enecoaandelen – dat pakket is in feite het oude GEB – zonder verdere plichtplegingen terzijde kon worden geschoven. Volgens oud-wethouder en intussen oppositieman Joris Wijsmuller is dat in strijd met de Gemeentewet.

HOE HET OOK ZIJ, Guernaoui opereerde onnodig arrogant en eigengereid en lokte daardoor een extra raadsdebat (9 juli) uit. De oppositie was zó boos, dat zij de wethouder eenvoudig niet wenste te laten wegkomen met zijn ‘regenteske’ (CDA’ster Koster) gedrag. Dat debat zal waarschijnlijk niets anders opleveren dan nóg meer ergernis. Het had voorkomen kunnen worden, als Guernaoui iets toeschietelijker was geweest. Maar dat was hij niet en ook de volgende dag nog niet, toen hij zich doodleuk liet fotograferen terwijl hij dát deed waarover de oppositie nu juist nog wilde debatteren: het zetten van een handtekening waardoor Den Haag overstapt naar de door Rotterdam geleide ‘coalition of the willing’, de gemeenten dus die van de Eneco-papieren afwillen.

Ongelijk

HIERMEE IS NIET gezegd dat Guernaoui en het college inhoudelijk gezien ongelijk hebben. Het is legitiem de afweging te maken tussen een, waarschijnlijk machteloos, voortgezet aandeelhouderschap en een stevige injectie voor de gemeentelijke schatkist. De nieuwe coalitie koos voor dat laatste. Dat kan, maar dan moet die keuze wel worden uitgelegd én officieel worden vastgelegd, aangezien de raad in oktober vorig jaar juist besloot ‘het tafelzilver’ (CU’er Grinwis) niet te verkopen. Daartoe bleek het college onder aanvoering van de onbuigzame Guernaoui niet bereid.

TOEGEGEVEN, DE KAARTEN liggen nu anders. Maar dat ontslaat de nieuwe coalitie niet van de plicht in de raad verantwoording af te leggen. Let wel, dit is het college dat in een hooggestemde preambule bij zijn coalitieakkoord schreef: ‘Dit stadsbestuur luistert, zoekt de dialoog en werkt samen met de stad’. Daar is in de raadzaal nog bitter weinig van terechtgekomen. Een mooie opgave voor de uitgelokte vergadering van 9 juli en die van 12 juli, het laatste samenzijn vóór het zomerreces. Voor Guernaoui, een man met een voorgeschiedenis, is het aan te raden zich de schone kunst van het geven en nemen eigen te maken. Ook dat hoort erbij in de politiek.

Standaardportret
Bekijk meer van