Onrust door bekladding van regenboogbank: ‘We moeten dit serieus nemen’

De afgelopen jaren was het al vaker raak. Het homomonument nabij het Centraal Station werd besmeurd met verf. Op het monument aan de Laan van Reagan en Gorbatsjov werd ‘Weg met pride’ geschreven en ook de regenboogbank aldaar was beklad. Het bankje bij het Huijgenspark is al meerdere keren overgespoten. Dat werd in 2022 geplaatst nadat de regenboogvlag in het park acht keer was vernield. De teller loopt door: eind vorig jaar was de steeds opnieuw gehesen vlag weer verdwenen.

 Nette buurt

“Triest,” noemt een winkelier aan het Goudenregenplein de bekladding van het regenboogbankje. “Je moet iedereen in z’n waarde laten,” zegt hij stellig. Maar met zijn naam in de krant, dat wil hij niet. “Dit is een van de nettere buurten in Den Haag, maar wel één met een mening. Ik heb er geen zin in dat een buurman bij mij verhaal komt halen.”

De 25-jarige Anne Gonsalves wil zich wel laten zien. “Dat is best spannend, maar ik vind dit een belangrijk onderwerp,” vertelt de student tijdens haar werk in een koffiezaak aan het plein. “Ik ben zelf queer. Als ik de regenboogvlag zie, geeft me dat het gevoel dat ik er mag zijn. Dat betekent heel veel voor me. Er wordt nog zoveel gediscrimineerd. Ik ben nu aan het daten met een vrouw, maar ga niet zomaar hand in hand met haar over straat. Ik heb wel eens gezoend in het openbaar, toen werd er op me getuft (gespuugd, red.) Deze dingen raken me. Het is jammer dat ik niet openlijk mezelf kan zijn.”

Gonsalves is lid van een Haagse roeivereniging die zich inzet voor inclusiviteit. “Elke week, en op speciale dagen zoals Paarse Vrijdag, hijsen we de regenboogvlag,” vertelt ze. “Maar we halen ’m ’s avonds ook weer neer. En met de jaarwisseling hebben we hem niet gehesen, omdat we weten dat het een reactie kan oproepen.” Toch zegt de Brabantse zich in Den Haag over het algemeen op haar gemak te voelen. “Ik ben opgegroeid in een rijke, blanke wijk in Breda, maar ik heb niet het idee dat het daar meer geaccepteerd wordt dan hier. Misschien zelfs minder.”

Weerstand

Den Haag is – overigens net als Breda – een officiële regenboogstad, waarvan Nederland er 56 telt. Dat betekent dat de gemeente zich actief inzet voor de acceptatie van lhbtqia+’ers, onder meer door de plaatsing van regenboogbanken. “Regenboogelementen horen er gewoon bij, net als stoplichten, plantenbakken en verkeersborden,” stelt wethouder Mariëlle Vavier (GroenLinks, inclusie). “Mensen moeten in Den Haag veilig zichzelf kunnen en durven zijn. Juist daarom zijn dit soort symbolen in de openbare ruimte van belang.”

Toch stuit het symbool ook in de gemeenteraad op weerstand. Bijvoorbeeld toen in september vorig jaar een deel van het fietspad in de Grote Markstraat met regenboogkleuren werd gemarkeerd. Dit gebeurde naar aanleiding van een motie van Hart voor Den Haag voor een duidelijkere aanduiding van de fietsroute in het voetgangersgebied. De lokale partij was echter niet blij met de kleurrijke invulling die het stadsbestuur eraan gaf en noemde het regenboogfietspad ‘diversiteitsgedram’.

Dat meer mensen er zo over denken, blijkt uit de reacties onder een bericht op Facebook over de bekladding van het regenboogbankje aan het Goudenregenplein: ‘Omdat heel Den Haag vol staat met die onzin.’ ‘Het kan toch ook niet geplaatst worden.’ ‘Nutteloos bankje. Weg met die rommel.’ ‘Doe dit in je huis.’

Onrust

“Laten we hopen dat het om een kleine groep gaat die dit vindt,” zegt Jean-Bernard Maweja, oprichter van de Haagse stichting Queer Mind, dat de belangen van queer-jongeren behartigt. “Het vernielen daarvan heeft impact op mensen die het juist zo hard nodig hebben om zich welkom en veilig te voelen. Dit soort negatieve signalen zorgen voor onrust binnen de queer-gemeenschap en moeten we serieus nemen.”

De stichting Queer Mind heeft de vernieling gemeld bij de gemeente, die aangifte gaat doen en de schade zo snel mogelijk zal herstellen. Maweja hoopt dat er een onderzoek wordt ingesteld naar de daders. “Wie doen dit en waarom?”, wil hij weten. Voor het vernielen van de vlag in het Huijgenspark werden in 2022 twee jongens van 14 en 17 jaar opgepakt. Over het Goudenregenplein lopen dagelijks grote aantallen scholieren tussen de tramhalte aan het plein en het Segbroek College. “Maar laten we uitkijken met het doen van de aanname dat de daders baldadige jongens zijn,” waarschuwt Maweja. “Dit is de zoveelste keer dat het gebeurt. Dan is het geen kattenkwaad, maar speelt er meer. Beter kun je het onderzoeken, bijvoorbeeld door het plaatsen van een camera. Zodra we weten wie dit doen, kunnen we met hen en de buurt in gesprek gaan.”

Zichtbaar

De vernielingen negeren is wat Maweja betreft geen optie. “De regenboog is een schreeuw om acceptatie. Moeten we dan maar niet roepen? Nee, de boodschap moet zijn: de openbare ruimte is van ons allemaal en blijf af van andermans spullen!” Anne Gonsalves onderschrijft die boodschap: “De queer-gemeenschap moet vooral zichtbaar blijven, met feestjes en vlaggen. Als ik uitleg wat dat voor me betekent, gaan hopelijk steeds meer mensen het begrijpen. Misschien ook degenen die de regenboogbankjes bekladden. En anders worden ze er uiteindelijk wel moe van en kappen ze ermee.”