Kleurrijke make-over op Grote Marktstraat
Een geverfde regenboogvlag siert het fietspad op de Grote Marktstraat. De kleuren moeten zowel de verkeersveiligheid verbeteren als inclusie uitdragen. Hart voor Den Haag spreekt van ‘diversiteitsgedram’.
De Grote Markstraat is een van de drukste winkelstraten in Den Haag. Fietsers en voetgangers bewegen zich kriskras door elkaar heen. De scheiding tussen het voet- en fietspad is niet voor iedereen duidelijk, wat regelmatig voor gevaarlijke situaties zorgt. Als oplossing stelde raadslid Jelle Meinesz (Hart voor Den Haag) vorig jaar voor om het fietspad duidelijker te markeren. Zijn motie, getiteld ‘Geef fietspad Grote Marktstraat een kleur, voor minder gezeur’, werd met een kleine meerderheid in de gemeenteraad aangenomen.
Het college van B en W besloot naar aanleiding van de aangenomen motie met een pilot te starten. Omdat de Grote Marktstraat officieel een voetgangersgebied is waar fietsers ‘te gast’ zijn, zou een rode fietspadkleur verwarrend werken. In plaats daarvan is gekozen voor de progress-vlag, met naast de regenboogkleuren ook kleuren uit de transgendervlag en bruin en zwart voor mensen van kleur. Hiermee wil het college niet alleen de verkeersveiligheid verbeteren, maar ook aandacht vragen voor inclusie in de stad.
De regenboogvlag veroorzaakt verwarring en onveiligheid
Een 50 meter lange regenboog siert nu het fietspad, ter hoogte van horecazaak Rootz en supermarkt Albert Heijn. Deze kleurrijke keuze valt echter niet bij iedereen in de smaak. Hart voor Den Haag, de partij achter de motie, is niet tevreden met de uitvoering. Volgens de partij veroorzaakt de regenboogvlag ‘verwarring en onveiligheid’ en is de vlag niet meer dan ‘diversiteitsgedram’. Maar het college van B en W wil niets weten van deze kritiek. In antwoord op schriftelijke vragen van Hart voor Den Haag zegt het college dat de regenboogkleuren simpelweg invulling geven aan de ingediende motie.
Reacties
De vraag blijft of het regenboogfietspad daadwerkelijk de verkeersveiligheid verbetert. De eerste reacties op straat zijn wisselend. De meeste fietsers lijken weinig aandacht te schenken aan de nieuwe kleuren en rijden er geconcentreerd overheen. Het zijn vooral voetgangers die even stilstaan en foto’s maken. Mensen die uit de ondergrondse tramhalte komen, kijken verrast naar de felle kleuren, die opvallen in het verder grijze straatbeeld. Het gewenste effect lijkt hier al te zijn bereikt: ze blijven even stilstaan om het verkeer te observeren, voordat ze hun weg vervolgen.
Een jong meisje, gekleed in een prinsessenjurk, trekt haar moeder aan de hand terwijl ze enthousiast naar de regenboog wijst: “Kijk mama, roze!”, roept ze uit. Een oudere man twijfelt even, test de verf voorzichtig met zijn voet om te voelen of deze droog is, en steekt dan over.
Eindelijk een beetje kleur hier
Niet iedereen is te spreken over de vlag. “Ik vind het echt niet mooi, echt niet mooi!”, roept een vrouw terwijl ze in haar scootmobiel voorbijraast. Drie tienerjongens vinden het pad niet al genoeg kleur hebben en gooien vol afkeuring hun snoepgoed op het pad.
Toch is er ook waardering. Drie vriendinnen lopen voorbij: “Wat leuk!”, zegt de een. “Eindelijk een beetje kleur hier,” vult haar vriendin aan. Andere voorbijgangers raken juist met elkaar in gesprek over de symboliek van de kleuren. “Wat betekent die paarse cirkel ook alweer?”, vraagt een vrouw nieuwsgierig aan haar vriend.
Zijstraten
Wat de verkeersveiligheid betreft, lijken de meeste problemen niet door de regenboogvlag te ontstaan, maar eerder door het verkeer uit de zijstraten van het winkelgebied. Bezorgers op elektrische fietsen die uit de Raamstraat komen, dwingen voetgangers regelmatig om opzij te springen. Het gaat maar net goed.
De pilot met het regenboogfietspad duurt in totaal drie maanden. Na december wordt de situatie geëvalueerd. De gemeente kijkt dan of de kleuren geen negatieve gevolgen hebben voor de verkeersveiligheid van het winkelende publiek. Ook wordt bekeken hoe snel de kleuren vervagen en wat de kosten voor het beheer en onderhoud zijn. De resultaten van de evaluatie worden in het tweede kwartaal van 2025 verwacht.