Haagse horeca anno 2025: Wie klein blijft, werkt hard voor weinig

Prognoses voor de horeca in 2025 schetsen een zorgelijk beeld, in elk geval voor een deel van de sector. Hoe staat het ervoor in Den Haag?

Door

Zo’n anderhalf jaar geleden opende Joris van der Poel samen met zijn partner Trisha de Wever de ‘vinosteria’ Mozza e Mezze aan het Prins Hendrikplein. Sinds de opening zit er een stijgende lijn in: meer gasten, meer omzet. “Maar het komt erg langzaam op gang, je merkt dat mensen gewoon minder geld uitgeven. Als we voor corona dit concept hadden geopend, hadden we het nu al veel drukker gehad. Dit is een heel lastige periode voor de horeca.”

Net als de afgelopen jaren zijn de verwachtingen voor de horeca voor 2025 weinig rooskleurig. ABN AMRO voorspelt een recordaantal faillissementen, met een forse stijging ten opzichte van 2024 en zelfs een verdubbeling vergeleken met 2023. ING is ‘gematigd positief’ en verwacht dat consumenten meer zullen uitgeven, maar de bank voorziet ook dat de winstmarges verder onder druk komen te staan. Het Foodservice Instituut Nederland (FSIN) stelt dat ‘veel seinen op groen staan’ voor de sector, tegelijkertijd maakt het zich zorgen over de winstgevendheid. De oorzaken van de moeizame situatie zijn dezelfde als in de afgelopen jaren: inkoop-, energie- en personeelskosten blijven hoog, terwijl bij sommige bedrijven de coronaschulden nog steeds in de boeken staan.

 

De loonkosten zijn de afgelopen jaren met zo’n 30 procent gestegen, maar de prijs voor een biefstuk met frites niet
Stuart Stretton, bestuurslid Koninklijke Horeca Nederland

 

Nederland heeft te maken met een kostencrisis, zegt Stef Driessen, sector banker Leisure bij ABN AMRO. “En dus niet met een kopersstaking of slecht ondernemerschap.” Door de hoge kosten zien restaurants en cafés zich genoodzaakt de prijzen op te hogen. In 2024 was dat gemiddeld met 5 procent, een toename die ook dit jaar verwacht wordt. Ondanks die prijsstijging komen de hogere kosten nog steeds grotendeels voor de rekening van de ondernemer. “De loonkosten zijn de afgelopen jaren met zo’n 30 procent gestegen, maar de prijs voor een biefstuk met frites niet,” zegt Stuart Stretton, bestuurslid van de Haagse afdeling van Koninklijke Horeca Nederland en eigenaar van een vijftal zaken. “Met kleine verhogingen komen we weer op het oude niveau, maar er gaan jaren overheen voordat we weer goede marges gaan draaien.” Hoewel consumenten naar verwachting in 2025 meer gaan uitgeven, komt voor de horeca langzamerhand het prijsplafond in zicht, stelt Driessen. “Het geld is er (bij de consument, red.), maar de bereidheid om het uit te geven neemt af.”

Tweedeling

Ondernemers in het hele land hebben te maken met de uitdagende economische omstandigheden, maar faillissementen zijn vooral te betreuren buiten de grote steden. “In Den Haag komt het inderdaad niet zoveel voor,” zegt Stretton. “Wel zie je veel overnames voor lagere bedragen dan je zou willen; dat is in feite wat er gebeurt vlak voordat een zaak anders failliet zou gaan.” Den Haag is geen ‘stad waar we ons zorgen om maken’, aldus Driessen. “Maar we zien wel een tweedeling ontstaan. Ondernemers die grote volumes afnemen kunnen vaak korting bedingen bij hun inkoop, degenen die dat niet kunnen, hebben het qua marge best wel zwaar.”

 

Een teveel aan ketens is niet goed voor het straatbeeld
Stef Driessen, ABN AMRO

 

Dat wakkert de trend van meer horecaketens verder aan. Naast voordelige inkoopprijzen kunnen zij profiteren van zaken als risicospreiding, een vaste, gemakkelijk uitrolbare formule en het uitwisselen van personeel. “Met ketens is het wel hard gegaan de laatste jaren,” zegt Driessen. “Dat is niet goed voor het straatbeeld. Je wilt diversiteit en ondernemers die wortels hebben in de buurt.” Waar het aantal kleinere horecaondernemers met problematische schulden landelijk met zo’n 11 procent toenam het afgelopen jaar, was dit voor grotere zaken (ketens) slechts 1 procent, blijkt uit data van het Centraal Bureau voor de Statistiek.

Te veel horeca

Het aantal horecagelegenheden neemt al jaren toe. Dat de wal nu het schip keert, kan ook voordelen hebben, vindt Stretton. “Op een gegeven moment heb je op sommige plekken wel genoeg lunchrooms en koffietentjes.” Van der Poel sluit zich daarbij aan. “Er is nu heel veel aanbod en relatief weinig vraag. We zitten in een crisis, dus zal de kwalitatief mindere horeca omvallen.”

Minder horeca

Aan het begin van 2025 telt Den Haag 456 restaurants, 231 cafés, 220 café-restaurants, 198 lunchrooms en meer dan 500 bezorg-, afhaal- en fastfoodbedrijven, blijkt uit cijfers van databureau Locatus en ABN AMRO. Per saldo zijn dat iets lagere aantallen dan in voorgaande jaren, waarbij opvalt dat er minder cafés, restaurants en lunchrooms zijn, terwijl de bezorg- en afhaalsector flink groeide.

Met de krappere winstmarges is het belangrijk om de zaak vol te krijgen, legt Driessen uit, en te zorgen dat gasten nog eens terugkomen. “Geef in plaats van een pepermuntje bij de rekening, bijvoorbeeld een bon voor een gratis glas wijn als je binnen drie weken nog eens komt.” Daarnaast zullen zaken zich simpelweg meer moeten onderscheiden van de massa. “Doe iets extra’s, iets unieks,” adviseert Stretton. “Schenk bijvoorbeeld alleen maar mooie Duitse wijnen, of serveer gerechten die je niet snel ergens anders proeft.” Van der Poel staat zelf weer wat vaker in zijn zaak, waar alles huisgemaakt is en zijn kleine groep personeel volgens hem veel productkennis heeft. “Ambachtelijk en persoonlijk, daar richten wij onze pijlen op. Als we creatief blijven ondernemen, komt het goed.”

De redactie biedt u dit verhaal gratis aan. Meer Haagse verhalen? Neem een (proef)abonnement op weekkrant Den Haag Centraal. Elke donderdag in de bus. De krant is ook verkrijgbaar bij onze verkooppunten.

Standaardportret
Bekijk meer van