Tentoonstelling in Mauritshuis: langzaam kijken naar mysterieuze meester Vrel
Veel blijft raadselachtig, maar toch gaat de wereld van de ‘voorloper van Vermeer’ nu gedeeltelijk open in het Mauritshuis.
Jarenlang is er onderzoek gedaan. Het Mauritshuis organiseerde zelfs een bijzondere samenwerking met de Fondation Custodia in Parijs en de Alte Pinakothek in München. “En toch blijft hij een fantoom. Telkens wanneer je denkt: hebbes, ontglipt Jacobus Vrel je weer. Best wel frustrerend,” zegt conservator Quentin Buvelot van het Haagse museum. Eerder verscheen al een dik boek, nu is er een tentoonstelling.
Wat Vrel zo’n intrigerende kunstenaar maakt, is zijn schijnbare verwantschap met Vermeer. Hij schilderde straatgezichten en vele interieurs met vrouwenfiguren, witte muren, hoge ramen. Het oogt alleen naïever. Perspectivisch klopt het niet altijd. En Vrels palet is veel soberder dan dat van Vermeer. Toch zijn er lang werken van de mysterieuze meester toegeschreven aan Vermeer. Ook de overeenkomst van de initialen JV speelde daarbij een rol. Vandaar dat Vrel wel ‘een navolger’ is genoemd van de Delftse grootmeester.
Vóór Vermeer
“Maar hij zit dus vóór Vermeer,” zegt Buvelot. “We weten niet exact wanneer Vrel heeft geleefd. Slechts één schilderij heeft hij gedateerd. ‘Vrouw die uit het raam leunt’ uit het Kunsthistorisches Museum in Wenen schilderde hij in 1654. Dat was toen Vermeer (1632-1675, red.) net begon. Uit dendrochronologisch onderzoek van een aantal straatjes blijkt dat die ontstonden in de jaren 1635-1640 en de eerste interieurs vóór 1650. Vrel was dus een voorloper van Vermeer en Pieter de Hooch. Een Britse journalist schreef: ‘Zonder Vrel geen Vermeer.’ Kijk, dat gaat nu weer te ver. Maar het klinkt leuk.”
[Tekst gaat verder onder afbeelding.]
Er zijn nog meer doorbraken te melden. Zo situeren de experts Vrel nu in Zwolle. Buvelot: “Zeker is het niet, maar een vaker door Vrel geschilderd straatje is mogelijk de Waterstraat in Zwolle. Twee onderzoekers hebben daarvoor aanwijzingen gevonden door oude foto’s te bestuderen. Het kan. Daar staat dan weer tegenover dat er geen papieren spoor is dat Vrel met Zwolle verbindt.” Er is trouwens bijna helemaal geen bronnenmateriaal. Er is zegge en schrijve één geschreven bron waarin Vrel (‘Fröll’) voorkomt, en dat is een inventaris uit 1659 van de kunstcollectie van een Oostenrijke aartshertog. Het museum roept iedereen die nog iets meent te weten over Vrel of iets denkt te herkennen op dat te melden.
Eigen wereld
Tot zover het gepuzzel, waardoor je bijna de kunst zou vergeten.
[Tekst gaat verder onder afbeelding.]
Jacobus Vrel toont een geheel eigen wereld. Volgens Quentin Buvelot moet je zijn werken ‘langzaam bekijken’. En dat is zo. Wie langer kijkt, ziet in die ogenschijnlijk lege vertrekken steeds meer. De kunstig geschilderde ruitjes in de hoge vensters, een kind dat naar binnen kijkt, een papiertje op de tegelvloer dat soms de signatuur van de schilder bevat. Aandoenlijk is de Vrel uit het Detroit Institute of Arts. Een moeder is bij een meisje in de weer met een luizenkam (alleen te zien als je heel goed kijkt!). Een jongetje staat gedeeltelijk achter de gedeelde deur; zijn hoepel ligt op de grond. Rust hij even uit, of mag hij om een of andere reden niet meer buitenspelen en kijkt hij verlangend naar de straat? Dat ventje achter die onderdeur is op een of ander manier zeer authentiek. Zulke dingen doen kinderen: op gekke plekjes kruipen. Het paneel trekt je de Nederlandse zeventiende eeuw binnen.
Dat geldt zeker ook voor de straatjes. Huizen met hoge pannendaken boven plaveisel van keitjes. Winkeliers bieden hun waren aan onder houten afdakjes. En op het dak een ooievaar. Het is een ode aan het stadsleven. Dat werd in de tijd zelf ook gewaardeerd, want Vrel schilderde ‘zijn’ straatje wel vier keer, telkens met verschillende details. Opeens is de ooievaar weg en staat er een schoorsteen. De schilder draaide er zijn hand niet voor om.
- ‘Vrel, voorloper van Vermeer’, tot en met maandag 29 mei, Mauritshuis; www.mauritshuis.nl
Onze redactie biedt dit verhaal uit de Den Haag Centraal (DHC) van donderdag 16 februari gratis aan. Wilt u meer Haags nieuws lezen? Koop dan de papieren editie van de krant Den Haag Centraal. Klik hier voor alle verkooppunten. U kunt ook een (proef)abonnement nemen. U ontvangt DHC 10 weken voor slechts 10 euro.