Erfgenamen Bredius eisen schilderijen van Mauritshuis terug
De erfgenamen van kunstverzamelaar Abraham Bredius willen 25 door hem nagelaten schilderijen terug hebben van het Mauritshuis.
Het Amsterdamse advocatenkantoor Bergh Stoop & Sanders heeft het museum en het ministerie van OCW daartoe donderdag een dagvaarding gestuurd. Het kantoor bevestigt berichtgeving hierover van NRC Handelsblad. In 1946 is bij het legaat bepaald dat alle 25 werken, waaronder vier Rembrandts, permanent te zien moeten zijn. Nu hangen er maar vijf ‘op zaal’. “Het Mauritshuis wil wel de collectie-Bredius hebben, maar houdt zich niet aan de voorwaarden van het legaat. Dat kan niet,” zegt advocaat Gert-Jan van den Bergh.
Van den Bergh treedt op namens nazaten van Joseph Kronig (1887-1984), een man die altijd wordt aangeduid als ‘protegé’ van Bredius, maar in feite zijn levensgezel was. Kronig was de enige erfgenaam van het vermogen van Bredius, die in een apart legaat zijn meest waardevolle kunstwerken naliet aan het Mauritshuis en daarmee aan de staat. De kunstvoorwerpen in zijn huis aan de Prinsegracht liet Bredius na aan de gemeente Den Haag. Dat legaat vormt de basis van het huidige Museum Bredius aan de Lange Vijverberg.
‘Er moet wat gebeuren’
“In 2013 en 2014 is er overleg geweest met het Mauritshuis over deze kwestie,” zegt Van den Bergh. “Het museum zou zijn leven beteren. Maar daar is niets van terechtgekomen. Daarom hebben we nu dagvaardingen gestuurd. Er moet wat gebeuren.” Op de vraag wat het directe belang is van de familie Kronig zegt Van den Bergh dat zij in feite zijn belast met het ‘toezicht’ op het legaat van Bredius. “Bredius is in 1946 overleden, Kronig was zijn erfgenaam. Dus hebben diens nakomelingen belang bij wat er met het legaat van Bredius gebeurt. Zij zijn de enigen die toezicht kunnen houden. Het gaat niet om geld, maar om de naleving van de voorwaarden van het legaat.”
De directie van het Mauritshuis wil niet reageren op vragen over de dagvaarding ‘zo lang de zaak loopt’. Het museum moet nu eerst officieel reageren met een verweerschrift. Uiteindelijk kan er een rechtszaak volgen. Advocaat Van den Bergh verwacht dat er pas over jaar duidelijkheid komt over wat er moet gebeuren met de collectie.
‘Akelig schilderijtje’
Oud-directeur van het museum, Frits Duparc, is verbaasd over de stappen die de familie Kronig nu zet. “In 1991 hebben we nog in overleg met hen een tentoonstelling ingericht over Bredius en het Mauritshuis. Toen waren alle werken van het legaat te zien. Men wist toen ook dat normaal gesproken niet alles permanent wordt getoond.”
Volgens Duparc is het vrijwel onmogelijk om het legaat naar de letter uit te voeren omdat het museum daarvoor te klein is. “Bovendien is het niet in het belang van de nagedachtenis van Bredius noch van de reputatie van Mauritshuis om alles te tonen. De kwaliteit van een aantal werken is niet goed genoeg. Er zijn bij voorbeeld twee stukken die Bredius nog toeschreef aan Rembrandt, maar die nu niet meer als zodanig worden erkend. Het gaat om ‘Biddende vrouw’ en een werk dat werd aangeduid als de ‘Moeder van Rembrandt’. Vooral de ‘Biddende vrouw’ is een akelig schilderijtje dat ik zelfs thuis niet aan de muur zou willen hebben. Er is nieuw onderzoek, er is voortschrijdend inzicht. Als museum kun je daar niet omheen.” Advocaat Van den Bergh is het daar niet mee eens. “Dan had het museum in 1946 het legaat niet moeten accepteren,” vindt hij.
Tronie van een oude man
Abraham Bredius (1855-1946) was een gerespecteerd kenner en verzamelaar van de Hollandse zeventiende-eeuwse schilderkunst. Van 1889 tot 1909 was hij directeur van het Mauritshuis. Het museum had hem zelf verzocht de werken na te laten.
In het legaat bevonden zich vier ook nu nog erkende Rembrandts, die wel permanent te zien zijn: ‘Saul en David’, ‘Homerus’, ‘Andromeda’ en ‘Twee Afrikaanse mannen’. Ook op zaal hangt ‘Riviergezicht met kerk en veerpont’ van Salomon van Ruysdael. Daarnaast bevat de collectie werken van onder meer Jan Steen en Jan van Goyen. Naast de bovengenoemde twee niet-Rembrandts is er nog een werk dat Bredius aan de meester toeschreef, maar waar nu een vraagteken bij staat en dat dus niet wordt getoond: ‘Tronie van een oude man’. Het werk komt waarschijnlijk wel uit het atelier van Rembrandt.