Zeilexpedities en onderzoek gericht tegen plastic soep

‘We maken het onzichtbare zichtbaar, het ontastbare tastbaar’

Door

Sinds hij heel ver – echt heel ver – van de bewoonde wereld een plastic petfles op de oceaan zag dobberen, heeft zeiler en oceaanliefhebber Thomas van Thiel een missie: de plastic soep tegengaan.

Door Mieke van Dixhoorn

 

De vijf plastic eilanden in de grote oceanen zijn voor veel mensen een ver-van-hun-bedshow. Zelfs voor de Haagse zeiler Thomas van Thiel (30), tót hij in 2014 de Atlantische Oceaan overstak. Op het langste stuk, tien dagen varen verwijderd van land, dobberde plots een plastic flesje voorbij de boot. “Bizar. Ik was zo ver van de bewoonde wereld en dan verwacht je alleen wildernis, blauwe oneindigheid. Maar zo’n flesje haal je bij elke kiosk.” Zijn ogen werden letterlijk geopend. “Vanaf toen zag ik overal plastic: bij Barbados, Curaçao, Kroatië, Nederland, het maakt niet uit.”

Van Thiel ging op onderzoek uit, leerde over de problematiek en richtte in 2016 zijn eigen stichting op: By the Ocean we Unite (BTOWU). “Ik wil zo veel mogelijk mensen dezelfde ervaring geven als ik had.” De belangrijkste manier om dat te doen zijn zeilexpedities, zowel voor particulieren als voor bedrijven (vanaf 75 euro). Tijdens de reis, naar bijvoorbeeld Schotland of Noorwegen, wordt er samen wetenschappelijk onderzoek gedaan en krijgen de deelnemers lezingen en workshops over de plastic soep. “Wat we proberen is het onzichtbare zichtbaar te maken, het ontastbare tastbaar.” Er zijn lange tochten, maar ook één of twee dagen mee op de boot is mogelijk. “We leggen altijd contact met universiteiten en kennisinstituten langs de route. Zo hebben we in Schotland monsters van kwallen genomen.” De stichting werkt sowieso met zo veel mogelijk organisaties samen. Donderdag 7 september wordt een film over de eerste expeditie naar Noorwegen vertoond in het Omniversum. “Zo kun je ook een beetje met ons mee.”

Supercomplex

De plasticvervuiling in de oceanen en zeeën is een ‘jong’ probleem, vertelt Van Thiel. “We gebruiken pas zestig jaar plastic.” Wordt het niet al opgeruimd door een slimme Nederlandse student, Boyan Slat? “Dat is zo. Maar het is een supercomplex probleem. Ik kan me goed voorstellen dat mensen denken: oh, te gek, we hebben Boyan, dan zal het wel goed zijn. Maar hij kan met zijn uitvinding maar tot vijf meter onder het wateroppervlakte plastic opvissen. Dat is fantastisch, maar lang niet genoeg. 99 procent van al het zwerfplastic in het water zijn we ‘kwijt’. Het breekt in kleine stukjes of zinkt. Dan moet je daarbij bedenken: jaarlijks komt er 8 miljoen ton plastic in de oceaan terecht. Dat is twee vuilniswagens vol per minuut.” De Ocean Cleanup van Slat is overigens ook een partner van BTOWU.

Van Thiel wil zich dus vooral richten op preventie. Ideeën genoeg: “Statiegeld op kleine plastic flesjes bijvoorbeeld. We moeten nu 5 cent betalen voor een tasje in de winkel. Daardoor wordt er 80 procent minder van die tasjes meegegeven. Ik sprak een marktkoopman: voor hem alleen scheelt het al 480 kilo plastic per jaar. Alleen maar vanwege die aanzet om erover na te denken.” Mensen zelf kunnen bijvoorbeeld uit een herbruikbare fles water drinken. “Denk ook aan fleecetruien. Bij elke wasbeurt verdwijnen microplastic vezels in de afvoer. Die worden niet weggezuiverd. Draag dus kleding van natuurlijk materiaal.”

Meer informatie: www.bytheoceanweunite.org, kaartverkoop voor de film (donderdag 7 september om 18.15 uur) via www.omniversum.nl

 

Gevonden plastic tijdens een expeditie in Schotland. | Foto: Nanne van Hoytema

 

Dit artikel wordt u gratis aangeboden. Wilt u een abonnement op DHC? Klik dan hier.

 

 

Pasfoto Mieke
Bekijk meer van