Terugblik Haga: hoe ziekenhuis hoofd boven water hield in coronacrisis
De medewerkers van het HagaZiekenhuis hebben de eindstreep gehaald. Met de tong op de grond staan ze uit te hijgen van hun ultramarathon.
Van meet af aan wisten ze bij het HagaZiekenhuis: corona is een marathon. Het is geen korte sprint. Artze Prins, hoofd van de spoedeisende hulp en intensive care (ic): “Dat hebben we gelijk gezegd tegen de medewerkers: hou jezelf in acht, pas op elkaar, want dit gaat lang duren.”
Die instelling was belangrijk, denkt Prins, want het was heftig. Van de ene op de andere dag werd bijna iedereen, van de schoonmaker tot de hoogste baas, ruw uit zijn comfortzone gerukt. Het aantal ic-bedden moest in razend tempo – twee weken – van 18 naar 28. De patiënten die hier liggen hebben intensieve zorg nodig, in drie diensten per dag.
Ga maar na hoeveel extra handen dat zijn. Ineens draait alles in het ziekenhuis om die ene ziekte. De rest ligt nagenoeg plat. “Het trekt alles naar zich toe,” zegt collega Don Poldermans, hoofd van het Juliana Kinderziekenhuis en net als Prins lid van de coronadenktank binnen HagaZiekenhuis, het Crisis Beleidsteam (CBT). “De impact van de pandemie op je totale bedrijfsvoering is gigantisch.”
Terugblik HagaZiekenhuis
Nu de organisatie weer een beetje op adem komt, blikken Prins, Poldermans en Emile Schippers, internist-infectioloog, terug op de krankzinnige weken die achter hen liggen. Schippers speelt behalve in HagaZiekenhuis ook in Nederland een belangrijke rol. Hij is een van de vaste leden van het Outbreak Management Team (OMT) dat het kabinet adviseert over corona, maar daar doet hij geen uitspraken over. Hij is ook bekend van zijn ‘minicollege’ over corona op YouTube dat ‘viral’ ging. Volgens weekblad Elsevier is Schippers een van de 33 mensen ‘die het kompas vormen waar de regering op vaart’ in deze crisistijd.
De patiënten zijn afhankelijk van het ziekenhuis. Iemand moet het doen. Dat geeft voldoening.
De drie regisseurs van het ziekenhuis vullen elkaar aan in een stroom aan woorden. “Het was indrukwekkend,” zegt Schippers over de afgelopen periode. “We zagen mensen ziek worden en overlijden.”
Het gaf ook veel energie, vult Prins aan. “De patiënten zijn afhankelijk van het ziekenhuis. Iemand moet het doen. Dat geeft voldoening.”
Tour de force
Het is een tour de force geweest. Alsof je met je appelstroopbedrijf van de ene op de andere dag pindakaas moet gaan maken. En dan hangen er ook nog eens levens vanaf. Een hele organisatie die in één keer – onder hoge druk – iets anders moet gaan doen.
Kinderverpleegkundigen zijn even geen kinderverpleegkundige, maar werken op de speciale corona-afdeling. Dat kan, want in het kinderziekenhuis bleef het relatief rustig met vijf corona-opnames: een baby van twee weken, een kindje van twee en drie tieners. De apotheek werkt extra diensten en er komen speciale ‘draaiteams’ om de coronapatiënten op hun buik te leggen. Prins: “Dan kunnen we deze patiënten beter beademen.”
Vanaf de eerste dag schakelt de organisatie over op het crisisbeleid. Een Crisis Beleidsteam steekt twee keer per dag de koppen bij elkaar en vaardigt commando’s uit. Prins, die als manager acute zorg áltijd al op het scherpst van de snede opereert en volgens zijn collega’s ‘drijft op crisissen’, zit het voor. Verder bestaat het uit afgevaardigden van afdelingen die stuk voor stuk een belangrijke rol hebben. Zo stuurt de afdeling communicatie elke dag een nieuwsbrief rond aan de afdelingen, zodat elke medewerker weet wat hem of haar te doen staat.
Prins: “Dat bleek essentieel. Op de piek lagen er tachtig tot negentig coronapatiënten in het ziekenhuis. Als niet elk radertje meewerkt, dan red je het niet.”
Afgekeken van het leger
De collega’s van capaciteit en logistiek maken de roosters voor het personeel en de operaties en houden de voorraad beschermingsmiddelen op peil. De technische dienst stampt in 48 uur een speciale coronahuisartsenpost uit de grond. Die commandostructuur, waar opdrachten worden uitgevaardigd die de teams ‘in het veld’ onder steeds veranderende omstandigheden naar eigen inzicht – afgekeken van het leger – uitvoeren, werkte, zag Poldermans. “Er was duidelijke leiding.”
Het trekt alles naar zich toe. De impact van de pandemie op je totale bedrijfsvoering is gigantisch.
Het is ‘fabelachtig’ hoe goed alles liep, zegt Schippers. “Als je het mij had gevraagd, had ik nooit geloofd dat je in twee dagen een huisartsenpost neerzet. Maar de mensen van logistiek zeiden: ja hoor, dat doen we gewoon. Samen weet je zoveel meer. Dat is wat ik hiervan heb geleerd. Ik hoop dat we dat vasthouden.”
Prins: “En het is niet een tentenkamp wat er staat hè, het is een degelijk gebouw. De bouwvakkers zijn wel dag en nacht doorgegaan.”
Ziekenhuizen in Nederland stonden begin maart voor een opdracht die bijna onmogelijk leek. Het aantal ic-plaatsen moest in een paar weken van 1150 naar 2400. En dat is niet een kwestie van een bed plaatsen, maar vooral genoeg ic-verpleegkundigen, terwijl de zorg kampt met grote personeelstekorten. Prins: “Zoveel zijn er niet. Daarom kregen ze ondersteuning van een groot aantal buddy’s.”
Zinloze lijdensweg
De Nederlandse ziekenhuizen hebben het gered. Nipt. We zijn ‘door het oog van de naald gekropen’, denkt Schippers. Wat Nederland heeft geholpen, is ‘dat wij heel selectief waren’ in wie er wel en niet naar de ic ging. “We hadden snel door dat je met ernstige coronaklachten zo drie weken op de intensive care ligt. Dan ga je enorm achteruit. Iemand met een zwakke gezondheid komt daar niet meer bovenop. Dan is het een zinloze lijdensweg.”
Hadden we dat niet gedaan, zegt hij, dan waren we ‘door de barrière gegaan van het maximumaantal bedden’. Zoals in Italië gebeurde.
HagaZiekenhuis vindt oude vorm terug
Stukje bij beetje vindt het HagaZiekenhuis nu zijn oude vorm terug. De stilte is weg. Het leven keert terug; poli’s openen een voor een de deuren weer en op de ic is voor het eerst weer (beperkt) bezoek toegestaan. Iedereen is best wel een beetje ‘aan het einde van zijn Latijn’, zegt Schippers, die zelf in de zwaarste periode 23 dagen non-stop doorwerkte, maar tegelijk ook nog ‘heel alert’ is, want we zijn er nog niet.
“Er lopen naar schatting op dit moment nog 25.000 besmette mensen rond in Nederland. De rest van het jaar zal de pandemie ons bezighouden. We moeten nu kijken hoe we medewerkers fit houden, hoe we ervoor zorgen dat ze hun rust nemen.”
Verder lezen? Het volledige verhaal met de kopstukken van het HagaZiekenhuis staat deze week in de papieren editie van Den Haag Centraal. Onze verkooppunten vindt u hier. Of bekijk de mogelijkheden van een (proef)abonnement op de krant en meldt u zich aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief.